de geschiedenis zijn ingegaan. Niet dat elk van die groepen
een eenheid vormde! Zo bestond er binnen de groep van
patriotse regenten een tegenstelling tussen hen die wel tegen
de grote macht van de stadhouder waren maar verder weinig
verandering in het staatsbestel wensten, en hen die verder
wilden gaan en bij voorbeeld tegemoet wilden komen aan
het verlangen van de burgerij naar invloed op het bestuur.
Men sprak wel van aristocraten en democraten, termen die
toen dus een iets andere betekenis hadden dan tegenwoor
dig. Overigens was dit een tegenstelling die slechts geleide
lijk en niet in volle omvang duidelijk werd.
Ook in Haarlem was er alle reden voor kritiek op het be
staande stadsbestuur. Dit berustte bij een vroedschap,
waarin de leden voor het leven zitting hadden. Vacatures
werden door coöptatie vervuld. Voor het lidmaatschap was
vereist dat men minstens 25 jaar oud was, aanhanger was
van de gereformeerde religie en behoorde tot de rijkste en
aanzienlijkste burgers van de stad. Het was de taak van de
vroedschap om de grote lijnen van het bestuursbeleid vast te
stellen. 3) Verder maakte zij jaarlijks de voordrachten op
waaruit de stadhouder de vier burgemeesters en de zeven
schepenen benoemde. Ook bepaalde de vroedschap het
standpunt dat de Haarlemse afgevaardigden in de vergade
ring van de Staten van Holland moesten innemen. Tenslotte
had zij het benoemingsrecht voor een aantal door de stad te
vergeven ambten.
Binnen de vroedschap berustte de meeste macht bij de bur
gemeesters. Zij vormden het dagelijks bestuur en hadden het
benoemingsrecht voor enige zeer lucratieve ambten. Boven
dien vormden zij met schepenen - als regel ook vroed
schapsleden - en met de door de Staten van Holland ook al
uit en op voordracht van de vroedschap benoemde schout
het Gerecht. Bij dit College berustte zowel wetgeving als
bestuur als rechtspraak. Van een duidelijke scheiding tussen
deze drie 'machten' was dus geen sprake.
Dat de vroedschap nog een soort vertegenwoordiging was
van de stedelijke burgerij, werd door deze als een fictie erva
ren. 4) Allang hadden de meeste rijke en aanzienlijke burgers
immers geen kans meer op een der vroedschapszetels, om
dat deze in handen waren gekomen van een beperkt aantal
families. Door allerlei huwelijksbanden onderling verbon
den, vormden zij een gesloten groep, waarin buitenstaanders
zelden konden doordringen. In Haarlem was dat in hoge
mate het geval, omdat de stadhouder er - anders dan in veel
andere Hollandse steden - officieel niet kon laten weten wie
hij graag in de vroedschap benoemd zag.5)
53