M.-A. COEBERGH- VAN DER MARCK Allerliefste huisjes Echo's van Walden in Aerdenhout Ik was bij Betsy, in haar allerliefste huisje (Duinweide in Bentveld, nu Bentveldsweg 104, Aerdenhout), en had een prettig gesprek, schrijft Frederik van Eeden in zijn dagboek, op 5 maart 1907. De jaren van roodgloeiende somberheid en hun bewogen nasleep zijn voorbij. Met Betsy, zijn muze uit de jaren negentig, valt weer prettig te praten. En onmisken baar getuigt haar allerliefste huisje van zijn aanstekelijke passie voor eenvoud en zuiverheid. Van Eeden is een van de schrijvers uit de Beweging van Tachtig, de voorstanders van de allerindividueelste expres sie van de allerindividueelste emotie. Hij is ook psychiater, maar individuele genezing is niet zijn enige doel. Vanaf 1897 voorziet hij een in zijn ogen kranke maatschappij van heilzame voordrachten en publikaties, en in zijn Gooise ko lonie Walden probeert hij zijn ideeën in praktijk te brengen. Hij is een tegenstrijdig mens; al zijn gemeenschapszin ten spijt zoekt hij, in de intimiteit van een lieflijk onderkomen, een allerindividueelste geborgenheid. Met dit streven heeft hij onder kunstenaars en intellectuelen school gemaakt. Hun omstreeks de eeuwwisseling gebouwde 'hutten' en sobere, landelijke huizen in het Gooi en in Aerdenhout herinneren aan de dromen en illusies, maar ook aan de emotionele ver wikkelingen van een omstreden hemelbestormer. Frederik van Eeden, zegt de Tachtiger Lodewijk van Deyssel, was een zeer buiten-gewoon man Hij was [begin jaren negentig] een keurig gekleed, jeugdig, lenig mensch, wiens kracht en bewegelijkheid door de beoefening van vele sports onderhouden werd. Hij was niet alleen op pervlakkig weg uiterlijk onder de zoogenaamd knappe man nen rangschikbaar, maar had zelfs, in de onderste gelaats helft iets meisjesachtig liéfs. Hij was verder, met het kleine zwarte snorretje, en den neus- en voorhoofd-vorm, niet op-vallend Hij wilde, in het geheel van zijn leven, het denken en schrijven, de leer en de kunst, als een aange name tijd-passeering, als een liefhebberij hebben, en dan, bij wijze van liefhebberij dus, werken voortbrengen, die tot 120

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1995 | | pagina 120