stonden met de mededeling dat bij hun onderwijs geen
joodse kinderen te verwachten waren.
Er moest in Haarlem nu apart onderwijs komen voor de
joodse kinderen uit Haarlem en omgeving. Om de belang
stelling voor dit onderwijs te peilen waren alle gemeenten
tussen Lisse en Heemskerk aangeschreven. De directeur van
Openbare Werken ging op onderzoek uit welke gebouwen
hiervoor het beste geschikt zouden zijn. 84) Hij adviseerde
tenslotte om een school voor joods lager onderwijs op te
richten in het gebouw Insulinde aan de Zijlweg 123, waar
voor zich 113 leerlingen aanmeldden, te weten 67 uit Haar
lem en 46 uit andere gemeenten. 851 De Zijlweg was echter
niet centraal genoeg en men zocht voor het lager onderwijs
naar een ruimte meer in het centrum van de stad, die men
echter niet vond.
In de Wi lhelminastraat, die weldra werd omgedoopt in
Schouwburgstraat, kwam op nr. 43A een Joods Lyceum
voor 90 leerlingen, waarvan eveneens ongeveer de helft uit
Haarlem afkomstig was. Rector werd de heer drs. S. Elte,
leraar Frans. Eind september had de inschrijving plaats en
begin oktober begon de cursus. Voor enkele joodse docen
ten was er zo weer werk. Het gelukte de Regeringscommis
saris om een docent, die zich al in het kamp Westerbork be
vond, naar Haarlem terug te halen. 861 In het Gemeente
gebouw der Nederlands-Israëlitische Gemeente en de tuin
daarvan werd tenslotte een kleuterschool ingericht.
Bijna tegelijkertijd met het toegangsverbod door de Rege
ringscommissaris van openbare gelegenheden voor joden,
kwam in april 1941 ook de opdracht aan alle joden om hun
radiotoestel in te leveren. Een jaar later moesten alle Neder
landers dit doen, maar de joden waren het eerst aan de beurt
en werden zo ook van nieuws, muziek en ander amusement
verstoken. Zoals steeds is de administratie van het inleveren
nauwkeurig bijgehouden; wij weten nog steeds welke radio
iedereen had.871 Bij de controle bleken ze het ook allemaal te
doen, zodat je niet kunt zeggen dat er overjarige radio's wa
ren ingeleverd. In het archief zijn een paar briefjes waarin
bepaalde personen werden beschuldigd dat zij joodse radio
toestellen in bewaring hadden genomen. 88) Politie-onder-
zoek leverde echter niets op. Sommige radio's bleken nog
niet te zijn afbetaald en moesten daarom aan de handelaren
worden teruggegeven. Ook bij gemengde huwelijken moest
men zijn radio inleveren.
Op 13 maart I942 moest de vrij grote Joodse Gemeente van
Zandvoort die plaats ontruimen. Op 30 maart volgde het ge-