Het aantal geregistreerde vow'ers, 523, lijkt groot, want wij
hebben na de oorlog geleerd dat de joden zich zonder veel
verzet hebben laten wegvoeren. Maar in Haarlem dook bijna
een vierde deel van de joden na de oorlog weer op en veel
meer hebben geprobeerd onder te duiken. Ook in het Haar
lemse verzet kom je trouwens joodse namen tegen.
Van de 523 personen die als vow uit het Bevolkingsregister
werden uitgeschreven, werden er 227 na de bevrijding weer
ingeschreven. Zij hebben de oorlog overleefd. Van 196
vow-ers staat vast dat zij in een Duits kamp om het leven
kwamen. Van de resterende 102 personen overleden er ze
ven in Nederland gedurende de oorlogsjaren. Van 33 ande
ren is bekend dat zij in de periode 1945-1993 in Nederland
zijn overleden 112 en dus de oorlog hebben overleefd. De
overige 62 personen konden niet worden achterhaald. Som
migen daarvan zouden, gezien hun leeftijd, nog in leven
kunnen zijn, vooral als het kinderen van geslaagde onder
duikers waren. Anderen kunnen in het buitenland overleden
zijn of tijdens de Tweede Wereldoorlog administratief zijn
zoek geraakt.
Van de 920 joden van de lijst van augustus 1942 kwamen er
571 in Duitse kampen om het leven. Van 122 personen is het
lot onbekend. Hun namen komen niet voor in 'In Memo-
riam' en ook in de Haarlemse administratie is over hen niets
bekend.
Van de 160 joden die met een niet-jood gehuwd waren zijn
er 20 in een kamp omgekomen, evenals twee kinderen uit
deze gemengde huwelijken.
Volgens de Joodse Gemeente tenslotte (i960) kwamen tien
joden uit concentratiekampen in Haarlem terug en lieten on
geveer 1.000 Haarlemse joden het leven in die kampen. In
deze schatting zijn vermoedelijk de leden uit Zandvoort en
Bloemendaal inbegrepen.
Voor het definitief vertrek van de joden uit Haarlem moes
ten nog maatregelen op beheersgebied worden genomen. De
synagoge werd opgeruimd en afgestoft. Een deel van de in
boedel ging naar Amsterdam. Op de gebouwen werd een
bordje gehangen met de mededeling dat de sleutels verkrijg
baar waren bij de firma Enschedé op het Klokhuisplein. "3)
Deze firma nam de synagoge als pakhuis in gebruik en men
hoopte dat het gebouw zo gespaard zou blijven. Volgens de
gedenksteen op die plaats is de synagoge toch ontwijd en uit
een verslag blijkt dat de inboedel door Haarlemse NSB-ers
werd gesloopt en weggeroofd. Na de oorlog bleek de restau
ratie van het gebouw dermate duur, dat men besloot het ge-