Hoewel alle joden op 15 februari 1943 Haarlem verlaten moesten hebben, blijkt uit andere gegevens dat sommigen langer in Haarlem mochten blijven. Uit een overzicht van Openbare Werken uit mei 1943 betreffende door joden be woonde huizen, blijkt dat er toen nog steeds joden in Haar lem woonden.II5) De oorzaak is niet bekend, maar later ver trokken ook zij. In Amsterdam heeft het kerkbestuur nog geprobeerd om een deel van de gemeente bij elkaar te houden. Dat blijkt uit de spaarzaam bewaard gebleven correspondentie. Maar lang bleven zij daar niet meer. De joodse begraafplaats aan de Amsterdamsestraatweg werd door de bezetter omgebouwd tot een mitrailleursnest. Het om de begraafplaats lopende priesterpad werd uitgegra ven tot een loopgraaf en de wanden daarvan werden ver sterkt met daarvoor stukgeslagen grafzerken. De uit de loop graaf afkomstige aarde werd bovenop de graven geworpen, waardoor de begraafplaats een heuvelachtig terrein werd van waaruit de grote weg naar Amsterdam met mitrailleurs kon worden bestreken. Na de oorlog is de begraafplaats met grote kosten weer in orde gebracht; de meeste graven kon den geïdentificeerd worden. "6> Door de aard van het materiaal voor dit onderzoek, meest overheidsarchieven, is weinig te zeggen over de houding van individuen. Maar ze waren er wel: de ambtenaar die ille gaal een geboorte- of overlijdensakte schreef, de agent die niet hard genoeg achter een ontsnappende bejaarde jood aanliep, de leraar die een joodse leerling in huis had, burgers die onderduikers in huis namen. Hun namen zijn alleen in archieven vastgelegd als het mis ging. Zulke voorbeelden maken het daarom moeilijk om de houding van de bevolking als geheel te bepalen. Noten i- Wanneer een burger uit zijn woonplaats vertrekt zonder bij het Bevolkingsregister zijn verhuizing te berichten, worden daar achter zijn naam de letters vow geplaatst: Vertrokken onbe kend waarheen. 2. M. Wolff, De geschiedenis der Joden in Haarlem 1600-1815 en 1815-1900 (2 dln.; Haarlem 1917, 1919). 3. Wolff, a.w., 1, 7. 4. A. Huussen, 'De toelating van sefardische Joden in Haarlem in 1605 Jaarboek Haerlem 1991, 48-62. 5. Wolff, a.w., I, 14. 6. Ibidem, 15. 7. Ibidem, 17. 8. Ibidem, 18.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1995 | | pagina 166