De Raaks is, tot in de twintigste eeuw, van weinig betekenis
geweest. Vanaf het ontstaan in het begin van de vijftiende
eeuw was de Raaks een smalle verbindingsweg tussen de
Gedempte Oude Gracht en de Zijlvest, met daarnaast een
open waterloop, de zogenoemde Beek. Deze Beek werd ver
moedelijk in het begin van de dertiende eeuw gegraven ter
ontwatering van het, westelijk van de stad gelegen, veen
gebied. Deze waterloop ging via de huidige Brouwersvaart
en de Raaks in het verlengde daarvan tot aan de uitmonding
in het Spaarne bij de Damstraat. Aan de westzijde was de
stadsmuur met de zogenaamde Raakstorens. Tussen deze
Raakstorens was een ijzeren ketting om het ongeoorloofd
invaren van de Beek tegen te gaan. Van een stadsentree met
allure zoals bij de overige stadspoorten was geen sprake. De
Beek werd in 1867 gedempt en de Raakstorens werden in
1866 ter afbraak verkocht. Pas na de Tweede Wereldoorlog
wordt de Raaks meer en meer gebruikt en ingericht als
verkeersverbinding tussen de Gedempte Oude Gracht en het
westelijk deel van de stad.
Op de hoek van de Gedempte Oude Gracht/Raaks stond tot
de afbraak ervan in 1936 een vijf traveeën breed hoekhuis
met een sierlijke halsgevel. De sloop was nodig in verband
met de inmiddels op gang gebrachte verbreding van de
Raaks waarbij de zuidelijke rooilijn aanzienlijk verlegd
werd. Met de bouw van het postkantoor in 1919-1922 op de
noordelijke hoek werd feitelijk de grootschalige bebou
wingsdrift in dit deel van de (toen nog niet als zodanig ge
kwalificeerde) historische binnenstad op gang gebracht. In
1937 werd het postkantoor aan de Raakszijde met een nieuw
gedeelte uitgebreid in dezelfde stijl als het reeds bestaande
deel aan de Gedempte Oude Gracht. In de jaren vijftig ver
rees nog eens een nieuwe uitbreiding in het verlengde daar
van, tussen Korte Zijlstraat en Bakkumstraat. Dat gebeurde
in een geheel afwijkende bouwtrant.
De latere wijzigingen aan de zuidzijde waren, na de dramati
sche rooilijnwijziging, niet minder ingrijpend. In de jaren
zestig werd, bij de vernieuwing van de bibliotheekomge
ving, het aanzien van de Raakszijde verblijd met een boven
grondse parkeergarage waarbij een gedeelte van de rooilijn
nog verder zuidelijk werd opgeschoven. De zuidelijke hoek
met de Gedempte Oude Gracht verviel gaandeweg tot een
treurniswekkende tochthoek, waar uitbundige muurrecla
mes en, afwisselend, een bloemenstal of een oliebollen-
kraam de toenemende verkeersdruk trotseerden. In feite
moet geconstateerd worden dat, vanaf de jaren twintig, de
Raaks een zorgwekkende ontwikkeling heeft ondergaan die