tweede verdieping en de kap. Met deze eigenaar is het mo gelijk gebleken om het pand te restaureren. In het constructief slechtste deel van het pand, waar tevens de minst mogelijke aantasting van monumentale onderdelen in het geding was, werd een nieuw centraal trappenhuis ge maakt. De woningen op de tweede verdieping zijn aantrek kelijke split-levelwoningen geworden, terwijl op de eerste verdieping aan de voorzijde, achter de pakhuisdeuren, nog een buitenruimte is gemaakt. Begin 1995 werd de restauratie opgeleverd waarmee tevens vier zelfstandige woningen aan de Haarlemse woningvoorraad werden toegevoegd. De geschiedenis van dit pand laat zich lastig ontrafelen. Dat komt met name omdat het pakhuis lange tijd onderdeel is geweest van een complex van gebouwen, dat in bezit van dezelfde eigenaar was. Het is dan moeilijk te ontdekken welk onderdeel daarvan het pakhuis is waar het hier om gaat. Vanuit andere hoek komen we meer te weten. Zo blijkt het pakhuis lange tijd onderdeel te zijn geweest van azijnmakerij De Boog. Uit een gedenkboekje van Haas' Azijnfabrieken N.V. te Haarlem, dat in het Gemeentearchief berust en in 1939 uit kwam ter gelegenheid van het 375 jaar bestaan van de Azijnfabriek De Boog, halen we de volgende bijzonderheden. De Boog was een van de eerste azijnfabrieken, zo niet de eerste, in en buiten Nederland. Als grondstof gebruikte De Boog geen wijn maar bier. Dat azijnmaken uit bier duurde van 1564 tot 1700. De talloze Haarlemse bierbrouwerijen leverden de grondstoffen. Het fabricageproces was niet een voudig en het gebeurde regelmatig dat schimmel de over hand kreeg en alles met een dikke laag schimmel werd be dekt. De azijnmakerij moest dan hele kuipen met beschimmeld bier weg laten lopen. Dat ging in die tijd waar schijnlijk regelrecht de gracht in. Het gedenkboekje ver meldt iets opmerkelijks over de wijze van filteren in die tijd. De bierazijn werd spoedig troebel, over goede filters be schikte men in die tijd nog niet. Azijnmakerij De Boog vond daar wat op. Men verzamelde het vuil van de straat en gooide dat bij de azijn-in-wording zodat de 'vellen' in de azijn neersloegen en een helder produkt over bleef. De schrijver van het gedenkboekje vraagt zich af hoe die azijn in die tijd gesmaakt moet hebben en stelt, dat de consument van de bereidingswijze niet op de hoogte moet zijn geweest. Azijnfabriek de Boog werd opgericht door Herman Drave- man. Al in 1566 was de fabriek hofleverancier van Prins Willem van Oranje. De erfgenamen wisten het bedrijf aan-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1995 | | pagina 196