en grafiek, terwijl hij enige jaren later zijn eerste schilders-
lessen kreeg bij Henri Boot. Daar raakte hij bevriend met
Kees Verwey. Op jeugdige leeftijd trok hij naar Parijs, waar
hij woonde bij de schilder Laurens van Kuik. In deze pe
riode ontmoette hij Theo van Doesburg, Piet Mondriaan en
Zadkine. In 1932 behoorde hij tot de oprichters van de
Kennemer Kunstenaars Kring, samen met onder anderen
Henri Boot, Gerard Sluyter, Maurits Mok en Kees Verwey.
Hij trouwde met de dichteres Hans van Zijl en samen trok
ken zij naar Zuid-Frankrijk en later naar Rome. Hans schreef
regelmatig in het dagblad De Tijd over haar reisindrukken,
terwijl Otto met fraaie pentekeningen voor de illustraties
zorgde. In Rome trof Otto zijn vroegere vriend van de Haar
lemse kunstnijverheidsschool, Maurits Escher. Het lukte
hen in Rome een tentoonstelling te organiseren, die voor wat
succes zorgde, maar al snel werd het moeilijk zich zonder
voldoende inkomsten - in Rome staande te houden.
Weer terug in Haarlem ontmoette Otto de bekende kunst
handelaar J.H. de Bois, die geïnteresseerd was in zijn werk,
tentoonstellingen organiseerde en regelmatig werk van hem
verkocht.
Halverwege de jaren dertig heeft het echtpaar De Kat enige
tijd in Ukkel gewoond. Otto bezocht de Academie in Brus
sel en Hans publiceerde een aantal gedichten in het blad
'Roeping'. Bij het uitbreken van de oorlog keerden zij terug
en vestigden zich in Overveen aan het Houtmanpad, waar
een vroegere bollenschuur gedeeltelijk als atelier kon wor
den gebruikt. Hier hebben zij twintig jaar gewoond. Samen
met Kees Verwey nam Otto de Kat in 1946 het initiatief tot
het oprichten van de Hollandse Aquarellisten Kring, die nog
steeds bestaat.
Kunsthandelaar Pieter Leffelaar, gevestigd aan de Wagen
weg en later aan de Grote Markt, ontplooide veel activiteiten
die zorgden voor een opbloei van het kunstleven in Haarlem.
Het werk van Otto de Kat was vaak in Leffelaars expositie
ruimten te vinden en hij ontmoette er veel belangrijke kun
stenaars.
Op initiatief van Leffelaar werden regelmatig bijeenkom
sten gehouden met onder meer Mari Andriessen, Godfried
Bomans, Kees Verwey, Harry Prenen en Otto en Hans, die
leidden tot de oprichting van de bekende sociëteit Teister-
bant. Otto de Kat maakte deel uit van het bestuur.
Robert Peereboom, die in die artistieke bloeitijd hoofdre
dacteur was van het Haarlems Dagblad, trok in 195T Otto de
Kat aan als kunstcriticus. In dit vak bleek zijn veelzijdig
heid: hij schreef vele, nog steeds zeer lezenswaardige, arti-
239