ff
3- De stigmatisatie van de
Delftse begijn Geertruyd van
Oosten, Zuidnederlandse gra
vure uit 'Vita S. Beggae' door
Joseph Geldorph van Rijckel,
Leuven 1631.
steunend materiaal was het geschrift 'Vita S. Beggae' uit
1631 door Joseph Geldorph a Rijckel in een legvitrine te
zien.28) Van de vluchtige veronderstelling dat het schilderij
misschien wel St. Begga zou kunnen voorstellen werd bij
ontstentenis van haar kenmerkende attributen c.q. iconogra
fische context weer even snel afgestapt. Het ruime beeld
materiaal dat in een recente studie over de iconografie van
St. Begga werd opgenomen,29) bevestigt dat vroegere oor
deel alleen maar verder. Het vermelde werk van Van Rijckel
(waarin ook allerlei begijnen uit de Zuidelijke en Noorde
lijke Nederlanden worden behandeld) kwam open te liggen
op een afbeelding van de stigmatisatie van de veertiende -
eeuwse Delftse begijn Geertruyd van Oosten (afb. 3).
Geertruyd ontleende volgens haar 'vita' 30) haar naam aan
een lied, met daarin het woord 'oosten'. Dat moet een gees
telijke versie 30 hebben betroffen van het befaamde 'Het
daghet in den Oosten', dat Geertruyd geregeld op de brug-
GEKT RVD IS VAN OOSTEN
Cui Jvjjragc.tur jilurima. ca.no, Jiics
Tiltr* §atmli iurgcjiuht ïnctc crucntns
Pef$uc marvufau-c vahcnt IHginatt, Ümiït.tno. j
fdl-lKn
37