Pierre Esaie koos hetzelfde beroep als zijn vader en werd op 15 juni 1781 als poorter ingeschreven. Tot zijn huwelijk, op 10 april 1785 in de Engelse Kerk met de zestienjarige wees Anna Maria Inkens uit Purmerend, is hij bij zijn ouders blij ven wonen. Weldra vestigde hij zich als meestertimmerman op de Prinsengracht tussen Leliegracht en Westermarkt. Veel huiselijk geluk heeft hij daar niet gekend. Hun enige zoontje overleed na een maand, zijn vrouw stierf in 1794- Het jaar daarop - 4 oktober 1795 - hertrouwde hij in de kerk van Sloterdijk met Anna Kok, net als zijn eerste echtgenote een weeskind, afkomstig uit Epe. Zij kregen drie kinderen, waarvan de beide jongste - dochters - al als zuigelingen stierven. Pierre Esaie zelf volgde weinig later en werd op 21 januari 1801 net als zijn eerste vrouw in de Waalse Kerk begraven. Zijn weduwe, die op de Prinsengracht bleef wo nen, hertrouwde twee jaar later met een Mennoniet, Jacob Reessens, en trok bij hem in de Kalverstraat in. Alleen haar zoon uit het eerste huwelijk, Jean Esaye Duyvené (1796- 1860), overleefde zo zijn ouders. Hij bracht het tot ingenieur der genie en overleed na zijn pensionering kinderloos te Heemstede.3) Pierre Esaie Duyvené behoorde in politiek opzicht tot de partij der Patriotten. 4> Weliswaar is van hem tot dusverre voor de jaren tachtig noch enige activiteit op dit vlak be kend, noch een lidmaatschap van één van de vele semicultu- rele sociëteiten overgeleverd, maar na de Bataafse Omwen teling van 1795 zou hij het in zijn woonplaats tot lid van het Comité voor Algemene Waakzaamheid en van de commis sie voor volksfeesten brengen.5) Het kan dan ook niet verba zen, dat men zijn klantenkring in de vooruitstrevende hoek vindt. Zijn beide villa's in Haarlem waren opdrachten van uitgesproken patriotten, en ook de Amsterdamse genoot schappen Felix Meritis en Doctrina et Amicitia, bij de bouw van wier clubhuizen hij betrokken raakte, droegen een sterk patriots stempel. Het lijkt in dit licht dan ook enigszins merkwaardig, dat hij zijn vertaling van het uit 1714 daterende traktaat van Leclerc 6) in 1781 aan de Amsterdamse burgemeester Joa chim Rendorp opdroeg, 7) die als staatsgezinde 'aristocra tische' regent steeds meer in het conservatieve kamp afge dreven was, en zich in 1787 heftig tegen de patriotse machtsovername zou verzetten. 8) Mogelijk echter speelde de partijstrijd op dat moment nog niet zo'n overheersende rol als later in de jaren tachtig, dat een dergelijke politieke 'oversteek' niet meer tot de mogelijkheden zou behoren;9) mogelijk ook koesterde Duyvené zélf, toen immers nog 79

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1995 | | pagina 79