95 van de 'feestpolitiek'; zie F. Grijzenhout, Feesten voor het Vaderland. Patriotse en Bataafse feesten 1780-1806 (Zwolle 1989) 37- 10. J. Berquin, Architectura of wiskundige verhandeling om de voornaamste eigenschappen der burgerlyke bouwkunst betrekkelyk te maaken tot de vyf bouworders, (2 dln.; Amster dam 1789-1790). Zie: C.A. van Swigchem, 'Mr. Willem Bil- derdijk en de bouwkunst' in: H.W.M. van der Wijck, C. Boschma en H.M. van den Berg (red.), Opus Musivum. Een bundel studies aangeboden aan Professor Doctor M.D. Ozinga ter gelegenheid van zijn zestigste verjaardag op 10 november 1962 (Gorcum 1962) 373 noot 29; Dezelfde, 'Mo gelijkheden tot vorming voor de classicistisch georiënteerde bouwkunstenaar te Amsterdam in de tweede helft van de 18de eeuw', Bulletin van de K.N.O.B., 6e serie xvi (1963) kol. 59- 60. 11. Vgl. het korte bericht in de Algemene Konst- en letterbode van 12-10-1792 no. 224, p. 114. 12. Zie: H.W.M. van der Wijck, 'Marquette, Assumburg, Beeckesteyn en Waterland', Bulletin van de K.N.O.B., lxvi (1976) 30-38. 13. Van Lennep, 'Rendorp', 30-31; Van Rossum, 'Aristocra tische politiek', 9. 14. Van Rossum, 'Aristocratische politiek', 9. Voor de plundering zie ook: Koppius, 'Mr. Joachim Rendorp', 217. 15. Van der Wijck, 'Marquette', 34-36- 16. Zie T.H. von der Dunk, 'Vier ingenieurs als stadsbouwmees ter: Gerard Frederik Maybaum (1746*68), Cornelis Rauws (1768-72), Jacob Eduard de Witte (1772-'77) en Johan Samuel Creutz 1777—'87) aan het hoofd van de Amsterdamse stadsfabriek', Bulletin van de K.N.O.B., xliv (1995) 94~95- 17. Van Swigchem, Abraham van der Hart, 90. 18. Van der Wijck, 'Marquette', 36-37. 19. Van Swigchem, Abraham van der Hart, 166-167. 20. Duyvené, Verhandeling, Voorrede. 21. Voor een overzicht van de ontwikkelingen binnen de Neder landse architectuur in de tweede helft van de achttiende eeuw zie: Meischke, Achttiende-eeuws klassicisme, 211-275; de Jong, "Eenvoudige Grootheid'. Architectuur in Nederland 1765-1800', in: F. Grijzenhout en C. van Tuyll van Seroos- kerken (red.), Edele Eenvoud. Neo-classicisme in Nederland 1765-1800, tentoonstellingscatalogus (Haarlem, Zwolle 1989) 45-50. Voor de theoretische zijde zie ook Van Swig chem, Abraham van der Hart, 76-85. 22. Berquin zou speciaal Daviler aanbevelen; vgl. Van Swigchem, Abraham van der Hart, 77; Dezelfde, 'Mogelijk heden', 364. 23. Zie Van Swigchem, Abraham van der Hart, 339~342 voor korte inhoudsopgave, samenvatting en structuuranalyse. Vgl. ook Van der Wijck, 'Marquette', 32-33.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1995 | | pagina 95