MATHIEU
WILLEMSEN
Meubelmakers en -handel in Haarlem
in de achttiende eeuw 0
De meubelmakers De handel in meubelen was vrijwel uitsluitend in handen
van degenen die de meubels vervaardigden. Deze meubel
makers behoorden over het algemeen niet bepaald tot de ge
goede stand. In tegendeel: uit de archivalia komt het beeld
naar voren dat ze over het algemeen tot de lagere standen der
bevolking behoorden. Over de grootte van de diverse meu
belmakerijen valt zeer weinig terug te vinden. In de loop van
de achttiende eeuw worden er wel regelmatig door de meu
belmakers advertenties in de krant geplaatst waarin men om
nieuwe knechten vroeg, het betreft dan nooit meer dan drie
knechten tegelijk. Uit rekeningen, bewaard in het archief
van Teylers Stichting, blijkt dat PJ. Honoré in de tweede
helft van de achttiende eeuw minstens van twee knechten
hulp had bij de reparaties aan machines, te weten Harmen en
Doris.2' Uit rekeningen van een paar jaar eerder blijkt dat de
kastenmaker Fremming waarschijnlijk vier knechten in
dienst had, te weten Doris, Joseph, Harmen, en Willem. Dat
er grote meubelmakerijen in het achttiende-eeuwse Haarlem
aanwezig waren, vergelijkbaar met bijvoorbeeld die van
Horrix in Den Haag,3) lijkt mij zeer onwaarschijnlijk.
Opmerkelijk is dat geen enkele meubelmaker erin slaagde
om tot het bestuur van het St. Lucasgilde door te dringen; dit
is extra opvallend indien men bedenkt dat het merendeel der
meubelmakers lid was van dit gilde (bij het onderzoek zijn
bijna 100 namen van achttiende-eeuwse meubelmakers aan
getroffen, zie bijlage). Ook in andere functies binnen Haar
lem komt men geen namen van meubelmakers tegen.
Daarnaast zien we dat er diverse meubelmakers zijn, die een
ander beroep naast hun eigenlijke beroep uitoefenen. Elders
in dit artikel wordt aandacht besteed aan het feit dat een aan
tal meubelmakers ook als timmerman actief was. Maar ook
andere beroepen komen voor in combinatie met de meubel
makerij: zo was Claas van Aalst naast witwerker groente
verkoper. Enkele meubelmakers waren lid van het comans
(=koopmans)gilde. Dit doet vermoeden dat zij naast meube
len (elke meubelmaker had immers volgens de gilderegle-
99