en doorgang na de Agter Plaats') en daaronder de plattegrond daarvan; de
hoffagade van het ingangsgebouw en daaronder nogmaals de plattegrond.
In de onderste rij: twee 'Doorgesneede standen van de Vestibule', de ach
tergevel van de achtervleugel van het hofje ('Wooningen en Doorgang van
de Agter Plaats') en twee 'zyGevels van 't voorgebouw Or en W.zyde'.
Ook de volgende drie tekeningen, *no. 8, *no. 9 en *no. 10 horen duidelijk
bij elkaar. Zij tonen alle drie het voorgebouw. De hoofdvormen zijn gelijk:
een rechthoekig blok met afsluitende balustrade en schilddak, in het mid
den doorbroken door een zuilenportiek, waarboven het dak doorgetrokken
is.
*8. Zie p. 38. Een gewassen en gekleurde pentekening van de straatgevel
van het voorgebouw in de collectie van Teylers (Tekeningen Viervant no.
88), gesigneerd Viervant 1784, en gemerkt 'no. T. 59> Het voorgebouw telt
twee rijen van elk vier vensters ter weerszijde van de portiek; de bovenste
verdieping is daarbij lager. Hoekblokken markeren de geveluiteinden, een
balustrade met siervazen op de hoeken, en een laag schilddak met dito
schoorstenen sluiten het rechthoekige blok af. De portico is Dorisch en telt
vier zuilen, waarvan alleen de beide middelste twee vrijstaand. De centrale
doorgang is daarbij dubbel zo breed als de beide andere intercolumnia.
*7. Een blad met n kleine tekeningen in drie horizontale rijen in potlood, pen en
penseel, gesigneerd L. Viervant, maar ongedateerd. (Teylers Museum)
THOMAS H. VON DER DUNK