erbarmelijk was. In de raadsvergadering van 22 september 1892 werd een
onderzoekscommissie benoemd, waarin twee gemeenteraadsleden zitting
namen. De commissie werd bijgestaan door een drietal artsen. Omdat de
huisartsen D. Bakker, J.Th. Bornwater en J.P.J. Goedkoop als geen ander
bekend waren met de plaatselijke woontoestanden, assisteerden zij de
commissieleden bij hun werkzaamheden in hun eigen woonplaatsen
Bloemendaal, Overveen en Vogelenzang. 161 Zij wezen de commissieleden
de 'meest afzichtelijke krotten' aan en verstrekten hun advies. 'Hierdoor
toch was uwe Commissie in staat werkelijk datgene te zien wat tot dusverre
-144- zelfs door den Burgervader nimmer tot de verborgenheden van Bloemen
daal zou zijn blijven behooren', aldus de drie dokters. 17) Waaruit die ver
borgenheden bestonden, bleek uit passages in het rapport, zoals die over de
Dompvloedslaan.
'De toestand die hier te aanschouwen valt is moeilijk zo niet onmoge
lijk juist te beschrijven, zonder een zweem van overdrijving kan echter
gezegd worden dat men zich hier eer in een der smerigste uithoeken
van het Verre Oosten dan in het hartje van het voor zijne zindelijkheid
gerenommeerde Kennemerland zou wanen.'18)
Dr. Dirk Bakker, huisarts te Bloemendaal. (foto gemeente Bloemendaal)
Haerlem Jaarboek 1997