ren. In de transportakte van 1656 wordt deze evenwel genoemd als ook uit komende in de Grote Houtstraat. De stadsplattegrond van Romijn de Hooghe uit 1688 is duidelijker. Daarop is de Bezemsteeg zichtbaar tussen Grote Houtstraat en Klein Heiligland. Op ongeveer tweederde afstand vanaf de Grote Houtstraat heeft deze steeg verbinding met de Gasthuisvest. De Bezemsteeg is op dit punt richting Klein Heiligland met een hek afgeslo ten. De hoekbebouwing aan de Grote Houtstraat tussen Bezemsteeg en Gasthuisvest bestaat uit twee woonhuizen. De ingrediënten voor het latere 'Leupenbezit' zijn op deze stadsplattegrond duidelijk aanwezig. Opmerkelijk is het verschil tussen de weergave van de bebouwing langs de Gasthuisvest bij Petrus Wils en De Hooghe. Zo toont Wils de huizen aan de Gasthuisvest haaks op de rooilijn, terwijl De Hooghe deze evenwijdig aan de rooilijn weergeeft. De Hooghe lijkt ons in dit geval het meest be trouwbaar. Te meer omdat nu bekend is dat in 1714 het hoekhuis van de Grote Houtstraat met het eerste huis aan de Gasthuisvest verenigd is. Dat gedeelte is nog altijd aanwezig en is inderdaad evenwijdig aan de rooilijn van de Gasthuisvest gebouwd. De twee huizen op de hoek van de Grote Houtstraat (de huidige nrs. 187-189) worden door De Hooghe afgebeeld met een trapgevel. Hij doet dat met vrijwel alle huizen die op zijn stadsplattegrond voorkomen. In dit geval zal dat ook wel kloppen. Zoals blijkt uit de transportakten werden deze huizen tot één groter huis samengevoegd tussen 1773 en 1780. Toen ont stond het aanzien zoals dat nu nog aanwezig is. We hebben in dit geval een vrij scherpe bouwdatum van de voorgevel, namelijk ten tijde van de samen voeging. Door de ingrijpende verbouwingen hierbij gingen vermoedelijk veel zeventiende-eeuwse onderdelen verloren. Door de vele verbouwingen in de twintigste eeuw verdwenen de laatste onderdelen uit die periode, maar ook die uit de achttiende en negentiende eeuw. Wat overbleef was een historisch casco en inwendige constructie-onderdelen zoals bijvoor beeld de balklagen. Hoe de gruttersfamilie Leupen de diverse panden in gebruik had is uit het onderzoek niet duidelijk geworden. Het zou de moeite waard zijn om deze bedrijfsgeschiedenis eens haarfijn uit te pluizen. Dit hoekhuis stond regelmatig in de belangstelling, maar niet vanwege de bedrijfsgeschiedenis. Het grote, oningedeelde, gemetselde vlak van de zijgevel leende zich goed voor reclame. Al aan het eind van de negentiende eeuw zien we op foto's reclame-uitingen op dit gevelvlak. Niet verwonder lijk, want het is het eerste dat opvalt vanaf het Houtplein. Al in 1943 wond de Vereniging Haerlem zich op over de grove afmetingen van reclames op deze plaats (Jaarboek Haerlem 1943, p. 2). Sinds die tijd waren reclame uitingen op deze plaats regelmatig onderwerp van gesprek. Met de zorgvul- DRS. J. BART UITTENHOUT

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1997 | | pagina 189