en cultuurprijs van Haarlems Dagblad en IJmuider Courant. Hij was een van de vijf genomineerden. De andere vier waren: zan geres josee koning, schrijfster nelleke noordervliet, oud stadsarchitect thijs asselbergs en eric EBBiNGE, directeur van het Teylers Museum. Aan de mr. Jan Gerritzlaan opent wethouder jan haverkort een woonwagenkampj e Zuster genoveva, karmelites te Vogelenzang, honderd jaar. Zij was voorheen econoom van het kinderziekenhuis St. Jozef aan de Zijlsingel. nel van der ploeg gehuldigd bij toneelgroep Eglentier wegens 25 jaar amateurtoneel. jan overzet (87) overleden, oud-verzetsstrijder (zwarte gerard) uit de Duitse bezettingstijd. In de Vleeshal wordt een tentoonstelling gehouden getiteld 'Pronk met pen en penseel, cornelis pronk (1691-1759) tekent Noord-Holland'. In het Kleverpark wordt weer een (zonnige) Franse markt gehou den. piet keur, destijds bekend en populair als Haarlem-voetballer, neemt afscheid van het betaalde voetbal. Juni Mgr. h.w. kuipers, oud-vicaris generaal van de bisschop van Haarlem, viert zijn vijftigjarig priesterfeest. De voorstelling van 'De Eetkamer' door de Kennemer Toneel Groep in de stadsschouwburg is de laatste, die wim helversteijn, na vijftig jaar, recenseert. Hij krijgt een boeket bloemen uitge reikt door ingrid van de icasteele. Het vsb fonds schenkt 100.000,- aan de Stichting De Cruquius, die het gelijknamige stoomgemaal weer in beweging wil brengen. De gemeenteraad benoemt drs. w.j. sleddering (50), gemeente secretaris in Zwolle tot gemeentesecretaris van Haarlem als op volger van ir. e.c.c. blitz. De meerderheid van de gemeenteraad gaat accoord met de reali satie-overeenkomst betreffende de bouw van de schouwburg op het terrein van de Appelaar. Het pvdA-raadslid g.h. Gerritsen gaat in tegenstelling tot zijn fractie niet accoord. Per 1 augustus wordt leo duppen benoemd tot directeur van de Stichting Beeldende Kunst (sbk) te Haarlem als opvolger van Haerlem Jaarboek 1997 JANNIE SIPKES.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1997 | | pagina 236