de firma's Guépin Van der Vlugt uit 1804, Westerkappel Hoofd uit i850, H.C. Tomberg Co uit 1851 en de Commanditaire Vennootschap Haarlemsche Bankvereeniging firma Teding van Berkhout de Clercq, die in 1864 werd gesticht. Voorts waren er de Nutsspaarbank uit 1817, de op één na oudste van ons land, en de Haarlemsche Hulpbank uit 1849.5) Van de firma Weyenberg Bouwmeester en ook van de bankiershuizen J.H. Brinkman en Claassen Co kon het stichtingsjaar niet worden achter haald, zodat niet uitgesloten is dat bij de stichting van het correspondent schap in Haarlem er reeds bijna tien financiële instellingen werkzaam wa ren. In elk geval staat vast dat dit aantal na 1864 snel zou toenemen (zie bijlage). In het algemeen waren banken de belangrijkste klanten van het kredietbedrijf van de Nederlandsche Bank en dat zal ook het geval zijn ge weest in Haarlem. 6> De beginjaren in Haarlem Enkele maanden voordat de Nederlandsche Bank besloot tot de vestiging van een correspondentschap in Haarlem was de wenselijkheid of beter de onwenselijkheid - hiervan reeds ter sprake gekomen in de vergadering van de plaatselijke Kamer van Koophandel. Op 5 januari 1864 meende het bestuurslid Krelage 'dat men van een dergelijke vestiging zeker gemak zou hebben, doch dat daaraan geen directe behoefte bestond'. 7> Nog datzelfde jaar trof de Nederlandsche Bank voorbereidingen om in Haarlem een vertegenwoordiging te openen. Tot haar correspondent be noemde ze de firma Westerkappel Hoofd, commissionairs in effecten en kassiers. 8> De werkzaamheden bestonden in deze beginjaren uit het doen van incasso's, het geven van inlichtingen over de werkzaamheden van de Bank aan het publiek en het toetsen van de betrouwbaarheid van personen en firma's die van plan waren met de Bank zaken te gaan doen. Per 1 sep tember 1867 werd het werkterrein van het correspondentschap uitgebreid met faciliteiten voor beleningen, disconteringen en Bankassignaties.91 Op 2 september plaatste de Nederlandsche Bank een advertentie in de Haarlemsche Courant, waarin zij het publiek op de hoogte bracht van deze nieuwe mogelijkheden. Over de gang van zaken in die periode is weinig bewaard gebleven. Wel is achterhaald dat het aan de Gierstraat 87 gevestigde correspondentschap tot het midden van de jaren 1870 voor disconteringen en beleningen lage omzetten haalde. Opvallend was daarbij dat er alleen binnenlandse effec ten werden beleend, maar geen koopmansgoederen, zoals koffie, thee, sui ker en katoen. 10> Niet beleenbaar waren onroerende goederen of hypo theekakten. M.M.G. FASE EN J. MOOIJ

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1997 | | pagina 55