N.P. van den Berg (president gedurende 1891-1912) op de hoogte. Vervol
gens werd op maandag 17 augustus in opdracht van de Bankdirectie bij het
correspondentschap Haarlem een algehele controle van waarden en admi
nistratie gehouden, waarbij een groot kastekort werd geconstateerd: de ver-
wisselingskas bevatte niet de aan de Nederlandsche Bank toebehorende
50.000, maar slechts 2560.23> De cor
respondent verklaarde, 'dat hij het ont
brekende bedrag gebruikt had om de
Hillegomsche en de Lissche Bank van
de noodige gelden te voorzien'. 24>
De Lanoij verwachtte evenwel die
zelfde ochtend nog een remise van de
Twentsche Bank ter waarde van
60.000 en dit bleek ook zo te zijn. Na
binnenkomst en in het bijzijn van een
beambte van de Bank werd vervolgens
de verwisselingskas aangezuiverd.
Toen 's middags om 1 uur het corres
pondentschap sloot bevatte de kas op
nieuw het vereiste bedrag van 50.000
aan bankbiljetten en munten.
Niettemin bleef het eerder die dag geconstateerde tekort niet zonder gevol
gen voor correspondent De Lanoij. Na telefonisch overleg met Amsterdam
nam de Bankbeambte de kluissleutel mee. Later die dag vervoegde De
Lanoij zich op het kantoor van Bankpresident Van den Berg. Naderhand
zou deze tijdens de directievergadering mededelen dat de correspondent bij
dit onderhoud geheel teneergeslagen was, schuld erkende en om een gena
dige behandeling vroeg. Bankpresident verzocht De Lanoij zijn functie met
onmiddellijke ingang ter beschikking te stellen. Intussen werden het beheer
en de administratie van het Haarlemse correspondentschap opgedragen
aan W.K.M. van Tussenbroek, beambte van de Bank. 25>
Na dit ingrijpen door de Hoofdbank kwam meer boven water. Niet al
leen bij het correspondentschap bleken de zaken niet te kloppen ook met
het beheer van de Noord- en Zuidhollandsche Bank was veel mi's, wat tot
surseance en uiteindelijk tot faillissement van deze bank zou leiden. Vol
gens de Oprechte Haarlemsche Courant van augustus 1903 verkeerde de
bank van De Lanoij in moeilijkheden doordat grote sommen geld waren
opgevraagd, die vervolgens gedeeltelijk werden gestort bij de Rijkspost
spaarbank. 2« De run op de Noord- en Zuidhollandse Bank zou hebben
samengehangen met het faillissement van de Haarlemse commissionairs
firma Laane Van Bemmel. Maar, zoals de vorige president van de Neder-
Haerlem Jaarboek 1997
-6o-
Mr. N.P. van den Berg, Bank-
president gedurende 1891-1912.