Groepsfoto ter gelegenheid van de installatie van Philip Frank als opperrabbijn
van Noord-Holland, op 20 juni 1937. Philip Frank zit in het midden, naast hem
zijn echtgenote, Bep Diinner. Op de voorste rij zijn enkele bestuurders en de
secretaris van de joodse gemeente herkenbaar. Van links naar rechts: I. van
Voolen, B.J. Chapon, A. de Lieme en G. Jacobs. (Kennemer Atlas)
I933-I942
Soms leiden gebeurtenissen die op een bepaalde plek en onder bepaalde
omstandigheden plaatshebben tot onverwachte gevolgen elders, zelfs als
dat op grote afstand is. De machtsovername in januari 1933 door Hitiers
nsdap in Duitsland en de maatregelen die daaropvolgend tegen de Duitse
joden worden genomen, hebben ook in Haarlem hun weerslag. Een van de
gevolgen is dat het gemeentegebouw er nieuwe taken bij krijgt.
Als reactie op de nood van de Duitse joden en de op gang komende
vluchtelingenstroom uit Duitsland, richt het Nederlands Israëlietisch Kerk
genootschap het Comité voor Bijzondere Joodse Belangen op, dat bedoeld
is om de sociale belangen van onder andere joodse vluchtelingen te behar
tigen. 51) Vervolgens worden op verzoek van dit comité in de meeste steden
en dorpen vergelijkbare, plaatselijke comités in het leven geroepen. Zo ook
in Haarlem. Een aantal vooraanstaande joden uit Haarlem en omgeving,
waaronder de rabbijn en de leden van kerkbestuur en kerkenraad, neemt
hier vanaf mei 1933 zitting in. De administratie van het comité verloopt via
WIM DE WAGT
