In het pamflet van de stakers stond: 'Heden is de algemeene werkstaking afgekondigd voor alle werkers in de transportbedrijven te water en te land,zoowel spoor- als havenarbei ders. Heden is de dag, dat het gansche Nederlansche Proletariaat zal opstaan tegen zijn onderdrukkers! Op dan, gij allen! die onderworpen zijt aan de patroonswillekeur en tyrannie'. n> De staking was voorbereid en stond onder leiding van een landelijk 'Co- 168— mité van Verweer', waarin afgevaardigden van vakbonden, de sdap en het nas zitting hadden. In Haarlem ging het spoorwegpersoneel op het afge sproken moment in staking. Op maandagochtend 6 april 1903 trof men overal in de stad groepjes stakers aan. In het verslag van de staking in Haar lem staat te lezen: 'Het blijkt dat staken: machinisten 11 van 15; candidaat-machinis- ten 2 van 7; leerling machinisten n van de 13; tractie-personeel 8 van de 10 en conducteurs niemand. Van het station-personeel, ongeveer 90 man sterk, staakten 3 seinwachters, 3 rangeerders, 1 wisselwachter en 5 arbeiders. Van het wegpersoneel staakten 5 man op een totaal van 20 man, waaronder 2 seinhuiswachters. Van de werkplaats staakten op dien morgen 900 man'. Uit deze gegevens blijkt dat de stakingsoproep vooral gehoor vond onder de arbeiders van de Haarlemse Centrale Werkplaats van de spoorwegen (H.IJ.S.M.) Dit was een groot complex, waar ca 1400 mensen, voornamelijk metaalbewerkers, werkzaam waren. De volgende dag werd, ter ondersteuning, een bakkersstaking afgekon digd en 's middags om 15.00 uur volgde een stakingsoproep voor het Haar lemse bouwbedrijf. De deelname viel tegen, maar 60 van de 250 bakkers gaven gehoor aan de stakingsoproep. Woensdagmiddag werd het signaal gegeven voor de 'algemeene staking'. Hieraan werd volgens het verslag ge hoor gegeven door: 'de meubelmakers, vrij algemeen, 60 van de 70 man, een paar behangersgezellen, door nagenoeg het geheele personeel van Figée (bijna 200 man van de ruim 200), door bijna 70 man van de 425 man der werf Conrad, door plm. 40 man van de plm. 300 man der firma Beijnes. Van de talrijke typografen, lettergieters, steendrukkers enz. staakte niemand; ook van de sigarenmakers niemand, evenmin door de bollenjongens'. De conclusie was: 'De toestand was dus van dien Haerlem Jaarboek 1998

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1998 | | pagina 168