De Haringbuis in 1927. (foto gemeente Bloemendaal) In september 1945 formuleerde mejuffrouw Nierhoff een advies aan b&w om de Haringbuis te behouden en desnoods te verplaatsen. Het gemeente bestuur had inmiddels pogingen in het werk gesteld om de Haringbuis over te dragen aan het Openluchtmuseum in Arnhem. Al eerder, in 1938, had de gemeente Bloemendaal de blekerij van Gehrels in Overveen aangekocht en aan het openluchtmuseum geschonken.20) Maar de waarde van de Haring buis als monument was niet groot genoeg om als derde tolhuis in de collec tie opgenomen te worden. Bovendien zou de reconstructie van de indeling, die niet meer origineel was, te duur zijn. Nieuwe verkeersplannen nabij de Viersprong Voorlopig gebeurde er niets, maar eind jaren vijftig raakten de verkeers problemen nabij de Viersprong in een stroomversnelling. De Haringbuis was vanuit verkeerstechnisch oogpunt gevaarlijk gelegen en bij de Vier sprong gebeurden meer verkeersongelukken dan waar ook in de gemeente Bloemendaal. Het bijzondere van de situatie was bovendien dat de Zand- voorterweg alleen tijdens de zomermaanden één van de drukste verkeers wegen van het land was. De simpelste oplossing bestond uit de aanleg van een rechte weg dwars door de Haringbuis. Haerlem Jaarboek 1998

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 1998 | | pagina 20