Dfrffuigiiw 4»
Vignet van de Vereniging Haerlem.
Ontwerp van J.G. Veldheer uit 1901.
ste decennium van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste.
De oprichting van Haerlem krijgt zo reliëf tegen de achtergrond van wat
er verder in de stad aan verenigingsactiviteiten werd ontplooid. Deze
paragraaf laat zien in welk opzicht de historische vereniging een uitzon
deringspositie innam. Meer dan een impressie kan deze paragraaf niet
zijn, omdat er nog veel onderzoek moet gebeuren naar het rijke vereni
gingsleven in de negentiende eeuw.2' De laatste paragraaf gaat in op de
vraag waarom er landelijk gezien zo'n grote belangstelling kwam voor
historische verenigingen en waarom het logisch is dat in deze beweging
de stad Haarlem niet kon achterblijven.
Een erfenis van de achttiende eeuw
Eind achttiende eeuw nam overal in Europa de verenigingsactiviteit
enorm toe. Dit heeft te maken met nieuwe idealen over de inrichting van
de maatschappij en de taak van de burgers hierin. Al eeuwenlang had de
burgerij een belangrijke economische positie, maar na de Franse
Revolutie kregen burgers gaandeweg ook politieke macht en sociaal aan-
latmeni
101
BOUDIEN DE VRIES
