Suzanna verhuisde nu naar Haarlem. Met haar dochter Aleide trok ze in
bij twee toen nog ongetrouwde zoons, Daniël en Adriaan. Ze woonden
eerst Schotersingel 69 en daarna Parklaan 10. Voor Willem en Henriëtte
was het een uitkomst dat ze het huis van Karei Eduard, Schoterweg 13,
konden betrekken. In Halfweg had Henriëtte de kinderen zelf les gege
ven, maar nu moesten dochter Goverta en zoon Willy nodig naar een
goede school. Zowel de ouders Berkhout met de kinderen uit het tweede
huwelijk van Hendrik, als de families De Clercq woonden nu allen ten
noorden van de Nieuwe Gracht, op loopafstand van elkaar en er was
veelvuldig en hartelijk contact.
Een nieuw leven in Haarlem
Henriëtte en Willem waren nu 34 en 36 jaar. Ze hadden drie kindertjes
verloren en hoewel kindersterfte destijds veel voorkwam, werd er niet
minder om gerouwd. Langzaam sleet het verdriet en er kwamen niet
meer baby's. Willem ging geheel op in zijn werk, Goverta maakte zeer
goede vorderingen op school; in 1890 ging ze naar de hbs. Willy ging nog
naar de 'Lagere Burger School' en was ieders lieveling. Henriëtte was
lichamelijk sterk en in de kracht van haar leven en kreeg nu gelegenheid
zich buitenshuis te gaan bewegen. Niet theevisites en avondpartijen had
den haar belangstelling. Het was maatschappelijk werk in ruime zin dat
haar trok.
'En nu mijn werk'; ze beschrijft het opmerkelijk kort, na veel uitvoeri
ger te zijn ingegaan op de werkzaamheden van haar man:
'Ongeveer 1890 werd ik huisbezoekster van Weldadigheid naar
Vermogen, wat ik bleef tot 1905 toen het buiten wonen het goed
behartigen wel heel moeilijk maakte.
1894 werd de Wijkverpleging van den Nederlandschen Protestanten
Bond in het leven geroepen en ik maakte van het begin af aan deel
uit van het Bestuur, onder voorzitterschap van den heer Bodel
Bienfait. Kort daarop werd ik penningmeesteresse en ben dat nu, in
1908, nog.
1897 werd ik presidente van de Haarlemsche commissie voor de
Tentoonstelling van vrouwenarbeid te 's Gravenhage. Omstreeks
dienzelfden tijd lid van de Commissie van de Vereeniging tot Steun
van verwaarloosden en gevallenen.'^ De tentoonstelllings-bezigheden
gaven veel te doen.
1898 Tentoonstelling.
1900 tot 1905 was ik secretaresse-penningmeesteresse van de Comm.
JET VAN VOORST VADER-DUYCKINCK SANDER