Elias Voet
5 juni 1911-28 maart 2000
Elias Voet, in de wandeling E genoemd, wordt op 5 juni 1911 in het hartje
van de stad Haarlem geboren. Naar alle kanten toe een echte en een
bekende Haarlemmer, uit een echt Haarlemse familie. Vader en grootva
der Voet zijn goud- en zilversmeden en hebben een zaak in de Anegang.
Grootvader Voet, geen onverdienstelijk schilder, verwerft op zijn zestig
ste verjaardag, in 1901 een erelidmaatschap van de roemruchte Haarlemse
amateursvereniging 'Kunst zij ons Doel'. En vader Voet krijgt nationale
en internationale bekendheid door zijn 'zilverboeken'. Een standaard
werk waarin vader Voet de afkomst van alle zilvermerken traceert en die
zo weet te ordenen, dat zijn studie als algemeen erkend naslagwerk voor
antiquairs en vakgenoten geldt. E heeft ze enkele jaren terug afgestaan
aan het museum van dé goud- en zilversmedenstad Schoonhoven.
Ik vermeld deze voorgeschiedenis van vader en grootvader Voet om
later daaraan duidelijk te maken hoe de levensloop van zoon en klein
zoon hierdoor gestempeld is, maar tegelijkertijd onder de druk der ge
schiedenis van de 20ste eeuw een lange geestelijke ontwikkeling door
maakt en zo zijn eigen invulling vindt.
Letterlijk geboren 'met een zilveren lepel in de mond' gaat hij stude
ren in Delft. Hij wordt lid van een studentenvereniging, corps-pief en
heeft een huishoudster, die mijnheer verzorgt. Mannen van de gemeente
reiniging halen voor de heren studenten de fecaliëntonnetjes om de
zoveel tijd weg. Mocht de tip in hun ogen te klein zijn, dan morsen ze,
uiteraard per ongeluk, op de trap. E studeert af als werktuigbouwkundig
ingenieur.
Hij gaat werken bij Hoogovens. Maakt daar de oorlog mee. Niet onge
vaarlijk: Hoogovens als strategisch doel wordt herhaaldelijk gebombar
deerd. Bij Hoogovens komt E in de jaren vijftig in aanraking met 'Evan
gelie en Industrie', een oecumenisch samenwerkingsverband van de ker
ken, toen nog naast het rooms-katholieke bedrijfsapostolaat. Het is een
naoorlogse poging van de kerk present te zijn in de wereld van werk en
industrie en een poging verloren gegaan gebied terug te winnen. De indu
strie, een gebied dat haar eigen wetten kent, kapitalistisch verworteld is
en streng hiërarchisch gestructureerd. Vooral de ploegendienst holt de
kerkelijk georiënteerde zondag uit. De economie krijgt hoge prioriteit en
woekert voort tot aan de klimaatsverandering van vandaag de dag.
E wordt deelnemer aan één der gespreksgroepen van E I en wordt
zelfs industrie-ouderling voor de Hervormde Kerk. De kritische geluiden
vanuit E I laten hun sporen na. De vanzelfsprekendheid van het Hoog-
Haerlem Jaarboek 2000