'Omi' (Jantina Modderman-Haitzema Viëtor) met haar kleinkinderen Edzard,
Hetty en Annie, 1912. (coll. J.W. Enschedé, Den Haag)
om te trachten haar terug te krijgen. Er bleek een sterke relatie te bestaan
tussen moeder en Martha waar Jan Willem niet tegenop kon. Oma
Modderman waarschuwde haar dochter: 'Hoe is het mogelijk dat je zoo
ver kunt gaan, dat je haar bijzijn onmisbaar vindt? en dat een jong ding
van één of twee en twintig jaar Je man gaat toch voor Oma was
inmiddels ook ingelicht over de malversaties van 37.000,- en schreef in
september 1919 een kwade brief aan haar dochter. Behalve over haar
financieel handelen klaagt zij ook over opvoedingsfouten van haar doch
ter (kinderen te laat op, te veel bioscoopbezoek, vervuiling) en over haar
oneerlijkheid tegenover de omgeving en haar man. Ook het volgende
huiselijke tafereeltje ontrolt zich:
'Het heeft mij herhaaldelijk gehinderd als je vond dat Willem zich te
veel van gebakjes, koekjes of iets dergelijks bediende. Maak op zoo
iets toch nooit meer aanmerkingen. Een man als hij, met zoo'n ver
mogen, die nooit een cent buitenshuis verteert, kan dat er toch wel
van nemen Toon de kinderen dat je Pa graag alles en het beste
gunt.'87'
Haerlem Jaarboek 2000