zorgde, samen met een neef, Munne Modderman (geb. 1881), die in
Amsterdam inspecteur van politie was en daardoor overal gemakkelijk
toegang had.I0) Enschedé was ook lid van het door Brugmans opgerichte
'Historisch Gezelschap' dat eens per maand bij een der leden thuis bij
eenkwam voor het houden van voordrachten.
Publicaties over boekhistorische onderwerpen
Van jongs af aan was Jan Willem geïnteresseerd in de geschiedenis van
het boek en de typografie ervan. Hij zou zich in een aantal jaren opwer
ken tot een groot deskundige op dit terrein. In 1893 bedankte zijn broer
Charles Enschedé in zijn anoniem verschenen boek De Lettergieterij van
Joh. Enschedé en Zonen in het voorwoord zijn broer Jan Willem voor
diens aandeel in dit gedenkboek. Het standaardwerk over Kruseman
(1898-1902) kwam hierboven al ter sprake, maar vanaf 1902 volgde een
groot aantal kleinere publicaties over onderwerpen die met boeken en
drukken in de ruimste zin te maken hebben. Een goed overzicht kan pas
gegeven worden als er een bibliografie van zijn geschriften is samenge
steld, maar hier kan toch wel op een aantal aspecten worden gewezen.
De Amsterdamse boek-, plaat- en steendrukkerij Ipenbuur Van
Seldam, waarvan Jan Willems zwager Berend Modderman (1870-1944) in
1895 mede-eigenaar was geworden, publiceerde tussen 1902 en 1910 vier
deeltjes in een reeks goodwill-uitgaven: de Mededeelingen over boek
kunst. Enschedé was de auteur van de eerste drie deeltjes: De boekletter
in Nederland (1902), De Grassetletter (1904) en Logica in boekdruk
(1907). Het eerste deel fungeerde tegelijk als letterproef van Ipenbuur
Van Seldam.108» Na een uitvoerig overzicht van de lettertypen in de loop
der eeuwen belijdt Enschedé zijn voorkeur voor de Franse boekkunst en
voor de Grasset-letter en pleit voor een eigen Nederlandse boekkunst.
Tijdens de werkzaamheden voor dit boek schreef Jan Willem in zijn dag
boek:
'In de firma [Joh. Enschedé Zonen - vdS] verloor ik een inrichting
die technisch hooger staat door de groote hoeveelheid materiaal en
door het ingestoken bedrijfskapitaal; in B [erend Modderman] vind ik
iemand terug, die mij nader staat in de opvattingen aangaande typo-
graphieën.'109»
Op het omslag van dit boekje uit 1902 staat, onder de auteursnaam, als
vignet een afbeelding van een schip met de tekst "Het schip van
Damiate", de naam van zijn Overveense woning, het huis waarin hij het
A.G. VAN DER STEUR