de testamenten van Coornhert (1565-1566) worden besproken in: W. van
Hooff-Gualthérie van Weezei, Coornhert's Notarismerk, 's-Gravenhage 1927,
overdruk uit: Het Boek, jrg. 6 (1927), 121-126. Ik trof bij de avk nog een derde
perkamenten exemplaar van Aechte Cornelis Plempendr. uit 1567 aan met
een zeer gaaf bewaard gebleven notarismerk. Daarnaast is een door
Coornhert ondertekende akte van arbitrage van een boedelscheiding (1578)
bekend.
Zie voor zijn benoeming tot stadssecretaris: avk, Stadsarchief 1245-1813,
inv.nr. rood 208 f. 120V, Thesauriersrekening 1564, inv.nr. kast 19-144 f. 2ov en
B. Becker, Coornhert Dirck Volckertszoon. Bronnen tot de kennis van het
leven en de werken van D.V. Coornhert, 's-Gravenhage 1928 (rgp, kleine
serie, nr. 25) 13-14 en 21.
20. De volgende notarissen werden tot burgemeester gekozen. Salomon Cousaert
(1650-1651 en 1653-1654), Jacob Steyn (1668-1669,1672-1673 en 1675), Pieter
Baas (1693-1694,1698-1699 en 1703), Hendrik Haaswindius (1706,1710-1711,
1714-1715,1718-1719,1721-1722 en 1725-1726) en Jan van Dijk (1730-1731,
1734-1735 en 1738). Het is niet uitgesloten dat burgemeester Mattheus
Everswijn (1685-1686) de tot nu toe voor (rechts)historici onbekende figuur
van notaris Mattheus Everswijn is. Zie bijlage.
De burgemeesters werden jaarlijks gekozen met het vooruitzicht van een
tweede ambtsjaar. Een jaar na het verstrijken van het tweede dienstjaar in
successie konden zij vervolgens weer worden herkozen.
Zie voor Haaswindius: avk, Notarieel Archief 1570-1842, inv.nr. 458 f. 567
e.v.; Stadsarchief 1245-1813, Burgemeestersresoluties, inv.nr. rood 230 f. 242V
(vermelding als notaris en advocaat).
21. Notarissen met een algemeen-bestuurlijke nevenfunctie in een van de talrijke
stedelijke commissies. Commissie ter dagvaart (J. Steyn, P.Baas, H.
Haaswindius en J. van Dijk). Gecommitteerde van de Admiraliteit (M.
Haaswindius). Afgevaardigde van de stad Haarlem in de Kamer van de
Verenigde Oost-Indische Compagnie/bewindhebber (J. Steyn) en landdrost
van Kennemerland (M. de Keijser).
Voor C.H. van Heynenberg Reuvens zie: avk, Stadsarchief 1245-1813, inv.nr.
rood 666 f. 10; en J.A.F. de Jongste, Onrust aan het Spaarne. Haarlem in de
jaren 1747-1751, Amsterdam 1984, 75 en 87.
22. Adriaen Willemsz. was reeds in de jaren 1557 en 1560-1562 schepen voordat
hij op 10 september 1577 door het Hof van Holland tot notaris geadmitteerd
werd. Dat gold ook voor Cornelis IJsbrantsz. (1616 schepen). De volgende
notarissen werden tot schepen benoemd. F. Swan, C. Baart, M. Everswijn
P. Baas, J. de Ram H. Haaswindius en J. van Dijk.
Bij de Kleine Bank van Justitie werden door de burgemeesters jaarlijks voor
een periode van twee jaar vijf commissarissen aangesteld, die werden bijge
staan door een secretaris en een bode. Het gaat om de volgende notarissen:
J. Benning, S. Cousaert, F. Swan, M. Haaswindius, M. Everswijn
A. Beuns, P. Gerlings, A. de Clerck, A. de Bruin, G. Otelaar, S. Krul,
C. Baart, J. Scholting en D. Schook van Bree. In de bibliotheekcollectie van
Haerlem Jaarboek 2001