16—
Het Spaarne met rechts de pakhuizen van bierbrouwerij De Drie Leiyen van
de brouwer en burgemeester Johan Claasz. Loo. Op de achtergrond zijn bui
ten Velserend. Schilderij door Jacob Matham, 1627. (coll. Frans Halsmuseum)
opereerden. In de tweede helft van de zestiende eeuw hadden zij voort
durend problemen met de vaters. Over en weer stuurde men brieven
waarin beschuldigingen van fraude werden geuit.20' Deze brieven werden
meestal enkel door vertegenwoordigers van het gilde ondertekend, hoe
wel het ook voorkwam dat alle brouwers ondertekenden.211 Helaas heb
ben niet alle brouwers hun naam voluit geschreven: men kon ook vol
staan met het brouwersmerk.22'
'heeft elcxs bysonder ten oirconden van desen syn ghewoenlijck
hantscrift ofte merck hier onder gestelt ten daghe en jaer voirseid'25'
Hierdoor is het niet precies mogelijk het aantal mannelijke en vrouwelij
ke brouwers te bepalen. De brief van 10 november 1546, gericht aan het
stadsbestuur is ondertekend door alle brouwers.24' In totaal hebben 45
personen de brief ondertekend, 27 brouwers met hun eigen naam en 18
brouwers met het brouwersmerk. Hoewel er van dit jaar geen brouwers-
lijst in de thesaurierrekeningen is opgenomen, mag worden aangenomen
dat het aantal van 45 brouwers reëel is. Twee jaar later, in 1548, zijn er nog
steeds 45 brouwers.25' De brieven die door de brouwers zijn ondertekend
laten zien dat ook de vrouwelijke brouwers volledig meetelden. Hoewel
zij bij officiële, financiële transacties altijd een mannelijke voogd nodig
Haerlem Jaarboek 2002