aan de zichtzijde slijpen, zodat een vrij glad oppervlak ontstond. De
zandsteen werd zorgvuldig van frijnslag voorzien, dat wil zeggen met een
dunne platte beitel of hamer voorzien van dunne ribben en groeven.
In 1815 werd het Prinsenhof verbouwd tot een lokaal voor vergaderin
gen der Heren Staten van de Provincie. Bij deze verbouwingen werden
verschillende vertrekken bij elkaar getrokken tot één langgerekte ruimte.
De poortdoorgang naar de monumentale trap werd dichtgemetseld.
Vermoedelijk werd bij deze verbouwing al het De Key metselwerk aan de
zijde van de toen gemaakte vergaderzaal gesloopt en de muur aan die
-220- kant glad afgewerkt met stucwerk. Aan de andere zijde bleef de doorgang
zichtbaar en ontstond een soort blindnis. Rond 1900 is deze doorgang
weer in gebruik genomen en werd alleen een omlijsting in imitatie bak
steen-stucwerk aangebracht. En dan zitten we met een vraagteken. Op
foto's van de raadzaal uit 1985 is deze doorgang niet zichtbaar. Bij een
nieuwe uitbreiding van de raadzaal in 1986 werd een gedeelte van de
Prinsenkamer bij de raadzaal getrokken. Hierdoor verviel de oorspron
kelijke toegang tot de raadzaal via de Prinsenkamer en werd de hoofd
entree met invalidentoegang weer verlegd naar het doorgangsportaal van
Lieven De Key. De blindnis werd weer opengehakt en het imitatiestuc
werk van rond 1900 afgehakt. In de ontstane opening werd een glazen pui
aangebracht. De gehele raadzaal werd opnieuw gepleisterd. Gelukkig
De vernieuwde Raadzaal, 2002.
Haerlem Jaarboek 2002