niet mogelijk om deze taken op zich te nemen. Bovendien was het voor
vrouwen moeilijker om te reizen. Enerzijds door het reizen zelf en de
gevaren die dit met zich meebracht. Anderzijds hadden de getrouwde
vrouwen een gezin en konden zij niet eenvoudig hun omvangrijke bezig
heden aan een ander overlaten. Ook de weduwen van wie de kinderen
reeds de volwassen leeftijd hadden bereikt waren niet voldoende toege
rust voor de onderhandelingen op verre markten.
Voor de brouwsters was het niet nodig om zelf op reis te gaan. Het
Haarlemse brouwersgilde zorgde voor zaakwaarnemers in de afzetgebie
den. Indien de zaakwaarnemers in grotere conflicten verzeild raakten -37-
werden schepenen van de stad Haarlem gezonden om de problemen op
te lossen. Bovendien had het stadsbestuur ervoor gezorgd dat de grond
stoffen voor het brouwen uitsluitend in de stad zelf gekocht konden wor
den. Koren was de belangrijkste grondstof. De korenhandelaren werden
eraan gehouden hun product eerst binnen de muren van Haarlem te
brengen, alvorens zij het daarbuiten mochten verkopen. Hetzelfde gold
voor de hop, waarbij de vinders van het brouwersgilde optraden als keur
meesters voor de te verkopen partijen.76* De brouwersweduwen hadden
meegewerkt in het familiebedrijf dat aan huis was gevestigd en zodoende
het vak geleerd. De drapeniersweduwen hadden deze kans nooit gekre
gen doordat het overgrote deel van de bedrijfsvoering zich in andere ste
den en gebieden afspeelde. Zij waren niet bekend met de onderhande
lingsmethoden van de grote drapeniers. Omdat de vrouwen echter dege
nen waren geweest die bij afwezigheid van hun echtgenoten thuis het
bedrijf draaiende hadden gehouden kenden zij wel de weg in de stad.
Hierdoor was het voor de weduwen mogelijk het bedrijf op kleinere
schaal voort te zetten met kortere aanvoerlijnen van grondstoffen, en
dichter bij huis gelegen afzetmarkten.
Brouwsters in Engeland
Wanneer de bijzondere positie van de Hollandse brouwsters niet direct
het gevolg was van het feit dat zij in een Hollandse stad woonden en
werkten, lag het dan misschien aan de beroepsgroep waarin zij actief
waren? Ook in andere gebieden in Europa waren er in de late middel-
Pagina hiernaast: werkplaats van de lakenbereider, het sorteren, vlaken en
kaarden van wol. (uit: De encyclopedie van Diderot en d'Alembert, 1762-1777)
MARJOLEIN VAN DEKKEN