f .0 nes, werden zij typische vertegenwoordigers van de burgerlijke midden klasse. Zo werd Jan Willem (1815-1867) arts en Haarlems Stadsdoctor en Jacobus (1824-1889) civiel-ingenieur. Gewoon te leven, zonder gewoon te zijn. Dit zou een vertaling kun nen zijn van de wapenspreuk van de familie ne trop haut, ne trop bas. Maar alles in de gewone dagelijkse gang der dingen was van belang en van nut. Het credo van het burgerlijke leven strekte zich uit naar het familieleven en eveneens naar de culturele ontwikkeling met bijvoorbeeld vaste avonden voor het maken van muziek. Met Johannes ui ontstond de -90- traditie van de 'familiedagen', waarbij naast het huisgezin ook verdere verwanten zoals zijn zusters, eventueel met hun familie, bijeenkwamen in de Damstraat. Ook verjaardagen en de oudejaarsavond werden in groter verband gevierd. Een paar keer per jaar was er ook een samenkomst met de familie van 'Neef Jacobus' in de Zijlstraat, waar dan tegen de 40 EnschedéN en aangetrouwden bijeenkwamen, meestal voor een diner. Catharina schreef over zo'n familiediner aan haar afwezige oudste zoon in Leiden: 'Wij hebben de families ten eeten verzocht en dus in de groote Gelegenheidsdrukwerk bij het huwelijk van Catharina Hillegonda van Walré met Johannes Enschedé in 1810 met handgeschreven gekalligrafeerde naam kaartjes voor het huwelijksdiner. (coll. Museum Enschedé) Haerlem Jaarboek 2002 B a. V I I. e J. T K v A N u n iu Vi M- JOHANNES ENSCHEDÉ,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2002 | | pagina 92