tus 1918 nr. 42 Staatscourant 5 sept. 1918, nr. 207) aangewezen. Het Minis
terie van Binnenlandse Zaken drong er op 8 augustus 1918 in een brief
aan b en w op aan met spoed tot onteigenen over te gaan. Ofschoon in
de raad van 3 oktober 1918 werd verzocht de onteigeningsprocedure uit
eerbied voor de kiezers nog even uit te stellen, begon de in die maand
nieuw ingestelde Zeewegcommissie namens de gemeente onderhandelin
gen te voeren met de grondeigenaren.
Tweede Zeewegcommissie
Gezien de omvang van het werk zou burgemeester jhr. Bas Backer zich
bij de verdere uitvoering van de Zeeweg laten ondersteunen door een
commissie van bijstand uit de raad met als voorzitter wethouder De Waal
Malefijt. Haar samenstelling en taken werden in een verordening opge
nomen. Nu de weg spoedig zou worden gerealiseerd verzocht de gemeen
telijke duinwaterleiding van Haarlem op 1 oktober 1918 in een brief aan
Springer te voorkomen dat in de buurt van het pompstation of van de
prise d'eau woningen zouden worden gebouwd. Burgemeester jhr. Bas
Backer wilde nog diezelfde winter beginnen, omdat de bestrijding van de
heersende werkloosheid de zaak urgent maakte én omwille van de demo
bilisatie van het leger. Enkele raadsleden meenden dat het argument
werkverschaffing was verzonnen om het project meer kans van slagen te
bieden. Men hielp werklozen uit andere gemeenten aan werk. Daarnaast
zou het wel eens een 'bron van ellende' kunnen worden. Een aantal van
hen had misschien nog nooit een spa in de grond gezet, zodat de kosten
nog meer zouden oplopen en dat 'alles voor een weg, waaraan geen
behoefte bestond'.9) Volgens de voorstanders van de Zeeweg zou na de
totstandkoming van de zuidelijke arm de noordelijke variant er vanzelf
bijkomen.
Eén van de voornaamste wijzigingen die nog in het beloop van de Zee
weg werd aangebracht, was dat zij in plaats van ten zuiden, aan de noord
zijde van de in 1898 langs de rand van het duingebied gebouwde Haar
lemse watertoren werd gelegd. Zodoende kon het buizennet naar Haar
lem kort blijven en als gevolg van de ligging op een heuvel was een goede
waterdruk gegarandeerd.
Aanbesteding
Gemeentearchitect J. de Jong Cz. nam de voorbereidende werkzaam
heden, zoals bestek, tekeningen en berekeningen op zich. Later zou hij
de eerste directeur van publieke werken in Bloemendaal worden.
-100-
Haerlem Jaarboek 2003