voor banen en politieke functies, maar die ambieerde hij niet. Hij noem de zich een vrijgestelde om sociaal werk te doen. Hij ging de publieke zaak, of beter: publieke zaken, dienen met dezelfde betrokkenheid, in spanning en inzet als hij voorheen bij zijn eigen bedrijf had gedaan. Dat deed hij bewust geheel belangeloos. Zo werden zijn dagen en avonden gevuld met nog een aantal bestuurslidmaatschappen zoals het Rode Kruis en het epilepsiecentrum 'Meer en Bosch', waar hij gedurende een aantal jaren wel enige volle dagen per week aan wijdde. In deze periode is het nieuwe ziekenhuis 'de Cruquiushoeve' tot stand gekomen. Een gebeurte nis, waarover hij zich zeer heeft verheugd. —207- Franken was in deze besturen bijna steeds voorzitter. Dat zat er - zoals in de Rotarian van april 2003 staat vermeld - kennelijk van nature in. Hij bereidde zich altijd consciëntieus voor, prepareerde degelijk zijn spee ches en kon dan met kennis van zaken een vergadering meekrijgen. Zijn kracht lag in het mondelinge debat, waar hij voor ieders inbreng aan dacht had. Het gaf - niet alleen hem - voldoening, dat hij voor al deze publieke activiteiten is benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. Ab Franken heeft tot op een zeer hoge leeftijd genoten van het lid maatschap van de Rotary Club Haarlem. Hij was meer dan 50 jaar lid van deze club en bekleedde nog vóór zijn vijftigste jaar een jaar lang de func tie van gouverneur van een van de toen drie districten in de Nederlandse Rotary-organisatie. Hij vond in Rotary veel vrienden en ook zijn echtge note Catharina Gerharda (To) Weijland (1909-1995) was in dit gezelschap een graag geziene persoon. Ab had een gelukkig huwelijk en stak dat niet onder stoelen of ban ken. Korte tijd na het overlijden van zijn echtgenote verhuisde Ab naar het bejaardencentrum 'Het Overbos'. Ook daar hield hij vast aan de pro testantse ethiek, die hem zijn leven lang tot richtsnoer was geweest: soberheid, ijver, zelftucht en een open oog voor de medemens. Hij nam nog enige tijd actief deel aan de cliëntenraad en sprong op onopvallende wijze gehandicapte huisgenoten bij. Toch was het leven voor hem toen eigenlijk voorbij. Hij beperkte zijn contacten naar buiten tot de kinderen en de Rotary. Van 'zijn' club nam hij op 18 december 2002 met een spon tane speech afscheid. In februari 2003 ging zijn gezondheid plotseling snel achteruit en helder tot op het laatste toe, vond hij het genoeg. Hij was dankbaar voor zijn leven en, zoals hij zei, 'voor de mensen om mij heen Velen, waaronder zijn kinderen en kleinkinderen, zijn dankbaar tot die kring om hem heen te hebben mogen horen. H. FRANKEN NECROLOGIEËN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2003 | | pagina 209