Daar, aan den spoorweg kan men toch,
Na wederom lang dralen
Wat eten krijgen, maar o wee!
Daar nam men ons eens duchtig mee,
Daar was het duur betalen.
Want nooit heb ik voor zulk ontbijt
In mijn geheele leven,
Voor brood en boter, kaas en thee,
-66- En dat niet meer, dan voor ons twee
Zoo véél geld moeten geven.
'Een gulden, tachtig cents, mijn Heer!'
Was 't antwoord op ons vragen,
Hoeveel wel de verteering was.-
Gelukkig voor 't gemoed dat ras
Vertrok de spoorwegwagen.
Wij waren dra in Amsterdam
Bij gastvrijheid gezeten.
Maar Haarlems vriendelijk onthaal,
Is oorzaak van dit klein verhaal
Om 't nimmer te vergeten.
Gorinchem
21 Julij 1840.
Noten
1. Mevrouw De Ridder, Koraalstraat 23, 2332 JL Leiden. Dinant van 't Sant was
oom en pleegvader van Cornelia Gijsberta van 't Sant die huwde met
Cornelis Matheus de Ridder, huisarts te Gorinchem.
2. A.J. Busch, 'Het onderwijzersduo Van 't Sant en Van Zutphen', in Oud-
Gorcum Varia, Tijdschrift van de Historische Vereniging Oud-Gorcum nr. 26
(tevens jrg. 10 (1993) nr. 1), blz. 30-33.
3. Hij was daar opvolger van Anna Maria Moens (1775-1832), een beroemd
opvoedkundige.
4. Willem van den Huil, Autobiografie 1778-1854Hilversum 1996.
Haerlem Jaarboek 2003