christelijken en rooms-katholieken hun kans en stichtten hun eigen scho
len. Daarnaast kwamen er ook bijzondere scholen op neutrale grondslag.
Ook in en rond Haarlem werden deze scholen gesticht. Als eerste kwam
in 1918 het Christelijk Lyceum, daarna volgden in 1920 het Kennemer
Lyceum in Overveen op neutrale grondslag en in 1922 het Triniteits Ly
ceum op katholieke grondslag. Deze scholen ressorteerden onder een
eigen schoolbestuur. Dat zij leerlingen zouden onttrekken aan het open
baar onderwijs leek een vanzelfsprekendheid. Te meer omdat het alle drie
lycea waren, en in de ogen van veel ouders was het woord 'lyceum' syno-
-68- niem met 'modern onderwijs'.
Het lyceum
Het lyceum was een betrekkelijk jong schooltype. Het eerste lyceum was
het Nederlandsch Lyceum dat in 1909 werd opgericht in Den Haag. Het
Christelijk Lyceum in Haarlem uit 1918 was pas nummer vier in de reeks.
Een van de geestelijke vaders van de lyceumgedachte was dr. J.H. Gun
ning, classicus van origine en voormalig rector van het gymnasium te
Zwolle. Later zou hij hoogleraar pedagogiek worden. Hij publiceerde in
1898 een artikel waarin hij ervoor pleitte de keus van leerlingen tussen
een gymnasiumopleiding met toegang tot de universiteit of een HBS-oplei-
ding zonder die toegang uit te stellen tot de overgang van het derde naar
het vierde leerjaar. In een gemeenschappelijke 'onderbouw' (dit woord
gebruikte hij overigens nog niet, evenmin als het woord lyceum) zouden
dan de oude talen vervallen.
Lang niet iedereen was het met deze visie eens. Een stoomcursus in de
oude talen in de laatste drie jaar voor de gymnasiasten wezen de voor
standers van een echte klassieke vorming met beslistheid af. Gunnings
driejarige onderbouw heeft het uiteindelijk dan ook niet gehaald. Het
Nederlandsch Lyceum startte in 1909 met een onderbouw van slechts
twee jaar en latere lycea namen dit model over.
Gunning wilde dat zijn nieuwe schooltype niet naast, maar in plaats
van gymnasium en hbs zou komen. Maar een dergelijke fundamentele
onderwijshervorming kwam er niet, ondanks diverse pogingen hiertoe.
Zo kwam er wel een groeiend aantal lycea, maar naast de hbs en gym
nasium.
De aantrekkelijkheid van het lyceum lag voor velen in het feit dat pas
na twee jaar gekozen hoefde te worden tussen gymnasium en hbs, maar
zeker ook in het daaruit voortvloeiende minder intellectualistische
karakter van dit schooltype. Omdat de oude talen in de lagere klassen
wegvielen, kwam daar ruimte van zo'n vijftien of meer uren die besteed
Haerlem Jaarboek 2003