deze 'uterste graft' voor de Oude Gracht hebben gehouden, leidde dat tot de overlevering dat het klooster op de plek van de bank van lening zou hebben gestaan.72) Er zijn daar zelfs opgravingen gedaan, maar die heb ben geen enkele aanwijzing opgeleverd dat er ooit een klooster stond.73) In dit artikel is betoogd dat met de 'uterste graft' in werkelijkheid de singel werd bedoeld. Het klooster lag dus aan de singel, maar waar pre cies? De toevoeging 'bij de Hout' suggereert dat men niet te ver in het westen of oosten moet zoeken. De omgeving van Houtplein of Kleine Houtweg ligt het meest voor de hand. Aan welke zijde van de singel? De uitdrukkingen 'an den Houte' en 'bi den Houte' pleiten ervoor om het -127- klooster aan de zuidkant van de singel te vermoeden. Om de locatie van het klooster van Willem van Egmond te achterha len moeten we het spoor van de jansheren volgen. Aan hen waren immers de bezittingen van het 'nieuwe klooster op de uterste graft' in 1312 overgegaan. De jansheren hadden voor zover bekend geen grondbezit tussen Houtplein en Kleine Houtweg, maar wel aan de westkant van het Houtplein. Het oostelijke stuk van de huidige Tempelierstraat heette vroeger het Heerenhek, naar de heren van Sint-Jan. (Het westelijke stuk was oor spronkelijk een deel van het Wijde Geldelozepad, eerder bekend als Margrietenlaan, Molensteeg of Moordenaarssteeg). Het Heerenhek kreeg bij raadsbesluit van 1900 de naam Tempelierstraat op grond van de legen de dat in die buurt ooit een klooster van de roemruchte orde der tempe liers zou hebben gestaan. Die romantische misvatting vond zijn oor sprong in het feit dat een stuk land bij de Grote Houtpoort in 1570 'der tempelen kerckhoff ofte Sint Janskerckhoff' werd genoemd.741 In werke lijkheid is de naam van dat perceel uitstekend te verklaren zonder de tempeliers ten tonele te voeren, en er is ook geen enkele andere aanlei ding om hun aanwezigheid in Haarlem te veronderstellen. Evenals de in 1312 opgeheven tempelierorde, viel ook de orde van Sint-Jan onder de definitie van tempelorden, wegens de stichting in het Heilige Land tijdens de kruistochten. We kunnen er dus mee toe om 'der tempelen kerckhoff ofte Sint Janskerckhoff' alleen naar de heren van Sint-Jan te laten ver wijzen. Dat stuk land was voor zover is na te gaan het enige grondbezit van de jansheren in de directe nabijheid van de zuidelijk singel. Met andere woorden, het is de enige plek die in aanmerking komt om als locatie van het klooster van Willem van Egmond te worden aangewezen. Deze plaatsbepaling van het klooster is nog niet bijzonder nauwkeu rig. We weten dat het land dat 'Sint Janskerckhoff' werd genoemd niet ver van het Houtplein moet hebben gelegen, maar dat kan verder gepreci seerd worden. Van twee percelen van de jansheren in deze buurt blijkt de BERT KOENE

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2004 | | pagina 129