'Thans heeft het werk der ontginning eenen aanvang genomen en
wordt dit met ijver doorgezet, en nu mogen wij ook verwachten, dat
onze oogen nog zullen aanschouwen, waarop velen de hoop reeds
hadden opgegeven: - den bodem van het voormalige
Haarlemmermeer veranderd in eene groene vlakte, met vruchtbare
bouwlanden en veerijke weiden, met woningen door geboomte
omgeven, met wegen en kanalen, langs welke de voortbrengselen van
dien aan de golven omwoekerden grond naar elders vervoerd zullen
worden.'
-167—
Wat steeds blijft is de trotse Bavo.
Damiate door Matthijs van Greeven
In de collectie J.W. Enschedé bij de Archiefdienst voor Kennemerland
trof ik de volgende advertentie aan, door Enschedé opgetekend uit de
Haarlemsche Courant van 26-9-1771, 3-10-1771, 17-10-1771, 31-1-1771, 12-11-
1771 en 16-4-1772:
Te Haerlem is 's avonds van 8 tot 10 uuren, met permissie, te zien,
ten huize van Jan van Greeven, in de Koolsteeg, over de
Kerkhofstraat: Een Konststuk, verbeeldende de Schepen van
Damiaten met de Zaagen en Toorens, alles zeer fraai en konstig
gemaakt door een Jongeling, genaamd Matthys van Greeven, met zijn
vijftiende Jaar begonnen, en voltooit, achttien jaar oud zijnde, deezen
Jaare 1771; alles word geïllumineerd. De liefhebbers betaalen iets, na
believen, aan den Jongeling.
V.D.S.
Een Haerlems leesgezelschap in 1842
Onlangs kreeg ik een exemplaar in handen van A.L.G. Toussaint, Eene
kroon voor Karei den Stouten, Amsterdam 1842, een eerste druk van een
niet al te belangrijke historische roman.
Interessant was echter het voorin geplakte formulier van het
Leesgezelschap 'Het doel van deze Vriendenkring, is Eendracht, Deugd
en Oefening', gedateerd 1842, met elf namen van Haarlemmers die in dat
jaar lid waren van deze kring en die ieder het boek voor veertien dagen
N.M.
NOP MAAS EN A.G. VAN DER STEUR