Terug naar de vergadering van 19 maart 1904. Daar passeerden vervol gens een paar gebruikelijke agendapunten, dit keer over de toekomst van een drietal 'grote jongens'. Overleg hierover was een van de standaardta- ken van de regenten. Voor de één was een opleidingsplaats gevonden, de volgende mocht - hoewel net meerderjarig - nog even in het Huis wonen om flink te kunnen sparen, van nummer drie werd de aanneming tot lid maat van de Kerk uitvoerig besproken. Art. 3 Hendrik Niesten is voorloopig geplaatst bij de Noord-Brabantsche Schoenencompagnie Art. 4 Arnold Boerée, die als militie-onderofficier uit de dienst komt en op de Conrad aan 't werk gaat, kan in het weeshuis komen om zijn 3 maanden vol loon te verdienen. Hij wordt 22 jaar. Art. 5 Besproken wordt om Simon Schenk die weder te Oud Carspel aan 't werk is, dit jaar te doen aannemen als lidmaat, daar alleen te Alkmaar of te Langendijk gelegenheid is, godsdienstonderwijs te ontvangen in niet vrijzinnigen geest. Ook in Schagen zou gelegenheid zijn doch zoowel Schagen als Alkmaar zijn te ver verwijderd. Besloten wordt de aanne ming maar tot volgend jaar uit te stellen.8) Hierna kwam een hele reeks andere reguliere zaken ter tafel: financiën en bestuur van de instelling, een opname, een bericht over binnengeko men gelden voor enkele opgenomen kinderen en tot slot de mededeling dat de lokalen van de in het gebouw gevestigde weeshuisschool door de schoolopziener waren goedgekeurd. Art. 6 Vaststelling rekening en verantwoording over 1903 Art. 7 Bespreking der voorwaarden, waaronder het huis aan de Zijlweg voor vestiging van een Christelijk Instituut zoude kunnen verhuurd Art. 8 De regent O. Gunning en de Regentes Mevrouw Cnoop Koopmans die periodiek aftreden worden opnieuw voorgedragen. Art. 9 Op 18 februari is in het Huis opgenomen: Jacob de Heer, geboren 2 juni 1892, zoon van wijlen Arie de Heer en Marije van Egmond. Art. 10 De penningmeester deelt ter opname in de notulen mede: dat door hem ten behoeve der daarbij genoemde Weeskinderen, de navolgende bedragen zijn ontvangen: 10,- voor Van der Zeeuw, als opbrengst van verkochte kleeren 300,- voor J.A., B. en J. Kool, zijnde nalatenschap van Jan Kool 11,22 voor F.H. en W.F. Meijer, opbrengst verkoop meubilair 62,50 voor F.A. Rekman. Art. 11 Van den districts schoolopziener is een verklaring ingekomen, CLARA BRINKGREVE

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2004 | | pagina 67