Boudewijn van Offenberch in 1627 vlak voor zijn huwelijk met Beatrix Laignier. Uitvergroting van het schuttersstuk Officieren van de Sint-Jorisschutterij te Haarlemgeschil derd door Frans Hals in 1627. Leeuwarden gelegen zathe Juwsma, aan Margaretha van Loo, zuster van Maria en weduwe van Christoffel van Arentsma.4I) Net als haar echtgenoot verblijft Maria van Loo niet continu in Kampen, want haar dochter Maria wordt op 1-1-1603 in Haarlem gedoopt. Dochter Jacobmijne is niet te vinden in de doopregisters van Haarlem en Kampen. Zij komt voor het eerst voor in een notariële acte van 16 maart 1625, waarin Boudewijn van Offenberch optreedt voor zijn zusters Anna, Josina, Jacobmijne en Maria.42) Wanneer in deze acte de chronologische volgorde van de kinderen wordt aangehouden, moet Jacobmijne (Jacomina) voor Maria, dus tussen 1594 en 1603 zijn geboren. Wanneer en waar Maria van Loo is overleden is (nog) niet bekend. In Kampen is niets GERTRUDIS A.M. OFFENBERG

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2004 | | pagina 97