transportkosten en over andere oorlogsproblemen, zoals het feit dat som
mige jonge kunstenaars (nog) niet zijn teruggekeerd uit hun militaire
dienst. Van het tweede 'uitgaansseizoen' in bezettingstijd, dat van 1941/42,
bestaat slechts zekerheid over twee toneelvoorstellingen, één in septem
ber 1941 en één in de eerste helft van februari 1942. Deze laatste is zeer
beslist de hekkensluiter geweest. Een verslaggever van Dagblad De Tijd
schrijft op 18 februari 1942 verontschuldigend dat zijn 'verslagje over de
laatste opvoering van G. en W.' te laat is geplaatst en onoordeelkundig is
ingekort, waardoor het anders is geworden dan hij had bedoeld. Daaraan
voegt hij deze zinsnede toe: 'Sinds de N.H. Crt. verboden is ben ik ech- -155-
ter geen eigen baas meer, met alle beroerdigheid daaraan verbonden.
Laten we hopen dat de tyden spoedig een wending nemen.'
De toonzetting is behoedzaam en handtekeningen onder handge
schreven briefjes worden onleesbaarder. In februari 1942 wordt een ver
plichte aanmelding voor het pers- en theatergilde bij de Cultuurkamer
van kracht.19» Onder deze verplichting valt ook Geloof en Wetenschap.
Het doek valt voor lange tijd. Dit wordt wereldkundig gemaakt middels
een gestencild rondschrijven, gedateerd Sept. 1942 en met daaronder de
naam van mevr. Th. Vorstman-Coelen:
'L.S.
De ondergeteekende heeft de eer U mede te deelen, dat de heer-
schende tydsomstandigheden het onmogelijk maken de voordracht
en tooneel-avonden resp.-matineés [sic], die tot nog toe door G. en
W. georganiseerd werden, voort te zetten, zoolang die omstandighe
den voortduren.'
De activiteiten van de vereniging Geloof en Wetenschap kwamen in het
begin van 1942 dus abrupt tot stilstand.
Hernieuwde bloei, 1945-1958
De blijdschap over de bevrijding is nauwelijks voorbij of het echtpaar
Vorstman roept het bestuur van de vereniging Geloof en Wetenschap bij
een.20» De eerste naoorlogse bestuursvergadering wordt op 29 augustus
1945 gehouden in een bovenzaal van Brinkmann op de Grote Markt. De
draad wordt energiek weer opgepakt. Hoe gaan we verder? De voorzit
ter vindt dat er allereerst een nieuwe financiële basis moet worden gelegd,
anders is voortgang niet mogelijk. Een oproep in de kranten heeft ertoe
geleid dat het grootste deel van de oude leden zich weer heeft aangemeld,
maar daarmee is men er nog niet. Het oude contributiesysteem moet op
LENY WIJNANDS-VAN DER LEIJ