Het jaar daarop is er sprake van 1083 leden. Er werden 21 avonden en
acht cursussen georganiseerd. De cursussen hebben al jarenlang een ge
middeld aantal bezoekers van 60. In 1954/55 wordt de magische grens van
1100 leden overschreden. Er zijn in dat jaar 22 avonden en negen cursus
sen, met een gemiddeld aantal van 75 bezoekers. In het Mariajaar 1954
begint het seizoen wel heel vroeg, namelijk op zaterdag 26 juni 1954, met
de opvoering van het mirakelspel 'Mariken van Nieumeghen' door de
Katholieke dilettanten toneelgroep. Deze extra uitvoering vindt plaats in
het openluchttheater te Bloemendaal en dat is een belevenis, die maar
weinig leden zich laten ontgaan. Het is in alle opzichten een recordjaar,
al blijft sedert jaren het hoogste aantal leden op ledenvergaderingen op
tien steken. In mei 1955 zijn er zelfs maar drie leden aanwezig; dat is wel
een diepterecord. De voorzitter zou graag een wat bredere discussie in de
vergaderingen zien, maar veronderstelt dat dit een teken van tevreden
heid is. En zo gaat het door. In 1955: 1120 leden, twaalf cursussen en 22
avonden. Relativerend wordt aangetekend dat de cursussen en lezingen
nog wat beter kunnen worden bezocht, maar dat de toneel- en andere
kunstavonden voor het merendeel volledig zijn uitverkocht.
Verguizing en verval (1956-1960)
Ondanks alle successen aan de oppervlakte is er sinds ruwweg 1955 een
bedekte onvrede, die pas zichtbaar wordt als het komt tot openlijke one
nigheid binnen het bestuur. Die onenigheid is niet terug te vinden in de
officiële notulen, die tot het eind de kalme toonzetting behouden van de
buitenkant; de cijfers van het succesverhaal. Dat sluipend ongenoegen is
voor het nageslacht bewaard gebleven door het kladboek van mevrouw
Vorstman en tevens door de toen nog algemene gewoonte om zaken per
brief te regelen. In het voormalig Rijksarchief Noord-Holland (nu het
Noord-Hollands Archief) is de emotionele correspondentie tussen de
bestuursleden en verschillende functionarissen uit de RK-kerk (zoals de
deken, de vicaris-generaal, de moderator, de bisschop zelf) bewaard
gebleven.21»
Het begint betrekkelijk onschuldig met een aantekening in de notulen
van 27 september 1956, waarin opnieuw wordt voorgesteld de vereniging
om te zetten in een stichting. Er wordt in die vergadering niet veel over
gepraat. Het voorstel wordt unaniem aangenomen, d.w.z. door alle der
tien aanwezigen, dat zijn negen gewone leden en vier bestuursleden,
namelijk het echtpaar Vorstman en de heren van Beers en Delfgaauw.22'
Pater Van Straaten, de moderator, is wel aanwezig maar stemt uiteraard
niet mee. Het dagelijks bestuur, d.w.z. de voorzitter en de secretaresse,
Haerlem Jaarboek 2005