zou worden verzonden. De heer van Beers meende klaarblijkelijk in het
debat over genoemde kwestie het stilzwijgen te moeten bewaren.' En de gas
tenlijst bevat nog meer pijnpunten. Zo is de heer Delfgaauw heel boos dat er
een uitnodiging aan de vicaris-generaal Groot is gedaan, want deze heeft
ervoor gezorgd dat Delfgaauw uit het bestuur van het Sancta Maria werd
ontslagen. Dit zou te maken hebben met de ziekte van Delfgaauw's zoontje.
Als de uitnodiging aan Groot niet zou worden ingetrokken, dan zou het
echtpaar Delfgaauw wegblijven. De heer Vorstman poogt deze zaak te sus
sen. De moderator maakt daarover een wat ongelukkige opmerking 'dat
monseigneur Groot feitelijk niet uitgenodigd had behoeven te worden, omdat
de bisschop mgr. Huibers zelf aanwezig was dien avond. Hierop werd niet
nader ingegaan.' Uit deze citaten blijkt onomwonden dat de heren Baard,
Delfgaauw, Van Beers en ook de moderator op één lijn zaten, en dat was
niet bepaald de lijn Vorstman. Er blijkt ook uit, dat de onvrede die bij deze
heren heerste blijkbaar niet of niet ten volle bij het echtpaar Vorstman was
doorgedrongen.
32. In het kladboek ligt een los, handgeschreven velletje ongelinieerd blocnote
papier, waarop staat dat het echtpaar Vorstman het besluit om terug te tre
den op 10 juni schriftelijk aan alle betrokkenen heeft kenbaar gemaakt. Van
die kennisgeving zijn geen kopieën of aantekeningen bewaard gebleven. Dat
vergeelde blocnotevelletje is de enige schriftelijke aanwijzing.
33. 'De secularisatie van de jaren zestig liep parallel aan de uitbouw van de ver
zorgingsstaat; daardoor kwam er een eind aan de eeuwenoude rol van de
kerk op het gebied van de sociale zorg.' Uit: G.F. van der Ree-Scholtens
(eindred.), Deugd boven Geweld, Een geschiedenis van Haarlem, 1245-1995,
Haarlem 1995, p. 505.
Haerlem Jaarboek 2005