Nee, niet naar links want daar is alles ook weg. Loosjes, de oude
Haarlemse boekhandel; en van Niel de horlogemaker; en bovenal G.M.
Oord, de grammofoonwinkel waar ik jazzplaten kocht: een goed ver
warmde ruimte met vloerkleden, waar de vader en de zoon en de schoon
dochter altijd bereid waren om de werken van Ellington en Armstrong
voor je op te zetten - allemaal achtergebleven in de geschiedenis. De
honderd meter naar het Verwulft kun je net zo goed door de Gierstraat
sloffen; dat zou je vijftig jaar geleden niet in je hoofd gehaald hebben.
Hiermee is niet gezegd dat Haarlem afgedaan heeft voor zijn oud
scholieren. Zoals ik zei, de Nassaulaan, de Wilhelminastraat, de Dreef,
die wekken nog steeds een stemming van benieuwdheid, zowel naar het
verleden als naar het vervolg - en dan spreek ik nog niet van het Nieuwe
Kerksplein, de Heiliglanden en de wijde sombere bochten van het
Spaarne.
Alleen dat stukje kaalslag bij het Verwulft, dat is leegte.
ps. Wie zich verwonderd heeft over de spelling Haarlem's Dagbladmet
een apostrof, in deze tekst moet niet denken dat het een vergissing is. Zo
werd de naam van de krant geschreven tot 1942, toen de Duitsers hem
De pers van de krant.
J.J. PEEREBOOM