altijd veel couranten bij zich. Ik sprak wel eens met hem of hij hield
mij op straat aan. Hij heeft meer dan 30 jaar op hetzelfde adres
gewoond. Hij was ook lid van de Vereniging Haerlem.
De Engelse vrienden van Nicolaas Beets
Nicolaas Beets hield in zijn studententijd een dagboek bij. Daarvan is een
door Beets zelf vervaardigd uittreksel bewaard gebleven, dat in druk is
-200- verschenen als Het dagboek van de student Nicolaas Beets 1833-1836
(uitgave verzorgd door P. van Zonneveld, Den Haag 1983).
Wanneer het maar even kon, nam de Leidse student Beets de trek
schuit naar zijn 'vaderstad' Haarlem. Hij sprak in zijn dagboek dan ook
veel over zijn Haarlemse vrienden- en kennissenkring. Bijzonder warme
woorden had hij voor de familie Lockhart. Zij waren 'een Engelse fami
lie met welke ik te Haarlem tot mijn groot genoegen van tijd tot tijd in
aanraking kom, uitmuntend in smaak en belezenheid'. Vader James
Lockhart was in 1819 met zijn grote gezin - hij had zes zonen en drie
dochters - naar Holland gekomen. Hij vestigde zich als onderwijzer in de
Engelse taal in Haarlem en betrok de buitenplaats Koningstem aan het
Zuider Buiten Spaarne.
Beets ging graag theedrinken of souperen op Koningstem. Met James
Lochhart voerde hij diepzinnige gesprekken over godsdienstige onder
werpen en met de zoon John las hij Byron en Scott. De oudste dochter
vond hij 'niet mooi, maar bevallig; een vrouwtje van veel smaak, veel lec
tuur en die weet te converseren'. Op aansporing van de Lockharts publi
ceerde Beets in 1835 een vertaling van gedichten van Byron. Dat werk
droeg hij op aan John Lockhart.
De bewoners van Koningstem werden door Beets geschetst als toon
beelden van eruditie en rechtschapenheid, maar die schets was onvolle
dig. In het archief van de Rechtbank van Eerste Aanleg te Haarlem vond
ik bij toeval een aanplakbiljet dat bekend maakte dat Theodoor, Charles
en Francis Lockhart - samen met nog twee in Haarlem woonachtige
Engelsen - op 12 februari 1836 door het Hof van Assisen waren veroor
deeld tot geseling op het schavot en acht jaar opsluiting in een rasp- of
tuchthuis. Het biljet vermeldde hun signalement, want de veroordeelden
waren voortvluchtig.
Nader onderzoek in het archief van het Hof van Assisen bracht aan
het licht dat de drie Lockharts en hun twee Engelse kompanen zich had
den schuldig gemaakt aan zware mishandeling van de poortwachter van
de Kennemerpoort. Na een uitstapje naar Spaarndam hadden Francis,
Haerlem Jaarboek 2005
M.J. BOUWER