nooit meer een beroep op het fonds gedaan. De voorzitster mevr. M.C.M.
Waller deelde tijdens de vergadering van 24 juli 1956 mee 'dat de uitgifte
van melk en luiers steeds terugloopt. Door de sociale maatregelen en de
gunstige economische toestand bij de arbeidersbevolking is er aan onze
steun niet meer zoveel behoefte.' Met een vooruitziende blik werd toen
al besloten om 'zich te beraden over het werk van het fonds in deze ver
anderende maatschappij.' Toen vanaf 1964 geen bedelingen meer plaats
vonden werden de gelden hoofdzakelijk voor andere doeleinden
gebruikt. Diverse goede doelen voor kinderen kregen in het vervolg jaar
lijks een donatie uit het fonds.28'
Omdat er steeds minder gebruik werd gemaakt van het fonds kwam de
commissie soms geruime tijd niet bij elkaar met als gevolg dat eind 1979
de commissie op sterven na dood was. In de vergadering van 7 december
1979 trad de hoogbejaarde secretaresse mevr. Van Styrum-barones Mulert
af, de voorzitster mevr. M.C.M. Waller gaf de wens te kennen haar func
tie in verband met haar hoge leeftijd neer te willen leggen en het andere
bestuurslid mevr. Naessens-Looyen wilde eveneens van haar bestuurs
taak ontheven worden. Besloten werd om het bestuurslid mevr. P.W.
Heering-van der Mandele als opvolgster van mevr. Waller te polsen. Het
-52-
Ir. D.J. Enschedé was
als penningmeester de
stuwende kracht achter
de commissie, een func
tie die hij overigens 40
jaar lang heeft vervuld.
Foto 2005. (foto Jos
Fielmich)
Haerlem Jaarboek 2005