Lengtedoorsnede van de Sint-Joseph te Haarlem, ontwerp H.H. Dansdorp.
(uit: Bouwkundige Bijdragen 3,1845)
ken werden gescheiden door zuilen met Ionische kapitelen. De altaar
partij had de vorm van een door pilasters en halfzuilen gelede nis met
alziend oog, een opzet die Dansdorp waarschijnlijk ook weer aan de
Amsterdamse Sint-Catharina had ontleend. Van een kleurige decoratie,
zoals thans aanwezig, was geen sprake. De overheersende toon was wit
met hier en daar enig verguldsel.
Het zal duidelijk zijn, voor een kathedraal was deze kerk wel erg be
scheiden en bovendien te klein. Immers een kathedraal moet een ruim
koor hebben om een kathedra en koorbanken voor de kanunniken van
het kathedraal-kapittel te kunnen onderbrengen. Voor dergelijke voor
zieningen was in de Sint-Joseph geen plaats. Het was bisschop Van Vree
duidelijk dat deze kerk hooguit tijdelijk als kathedraal kon dienen, maar
hij moet wel hebben overwogen dat tijdelijke voorzieningen vaak een
zeer lang leven hebben. Vandaar dat hij besloot de kerk aan haar nieuwe
functie aan te passen. Op 24 april 1856 richtte hij zich per circulaire tot de
gelovigen van zijn bisdom en liet hun het volgende weten:
'Toen ons de last van het bestuur der bisschoppelijke kerk van
Haarlem, na meer dan twee eeuwen druk bijna ondergegaan, doch in
Haerlem Jaarboek 2005
-6o-
■m««i ea ix amun fetT gp|
?(gt Sxaaesk cwr sfe kept i