De koorbanken, (foto A.J. Looyenga, 1986)
staan koorbanken van twee rijen van elk vijf zetels afgebeeld. Zij steken
met één zetel in het transept uit. Naast de in het transept geplaatste koor
zetel is een vierkant object getekend. Op de ontwerptekening van de
koorwand is een gelijk arrangement te zien. Het genoemde vierkante
object blijkt een voetstuk te zijn voor een beeld, in dit geval Sint-Joseph
met de lelietak, dat waarschijnlijk moest dienen om het uitsteken van het
koorgestoelte in het transept wat te maskeren. Het koorgestoelte op
genoemde tekening is betrekkelijk sober. De zittingen rusten op een open
boog, de wangstukken zijn opgebouwd uit voluutvormen en hebben een
eenvoudig opzetstuk. Het rugschot wordt versierd met eenvoudig rank
werk en bekroond door een opzetstuk, bestaande uit twee S-voluten, die
bij een palmet bijeenkomen, een laat empiremotief. Het definitieve ont
werp, dat in 1866 werd uitgevoerd door de Firma Van Kent te Utrecht, is
geheel anders van karakter. In overeenstemming met de zware deurom
lijstingen is het veel barokker geworden. De wangstukken zijn voorzien
-73-
ARJEN LOOYENGA