in de jaren daarna. De beurszaal, de grootste van Haarlem, voorzag in
een behoefte. In de negen maanden dat de zaal in 1928 beschikbaar was,
vonden daar 42 bijeenkomsten en vergaderingen van andere verenigingen
plaats. Hier stond tegenover dat ook de kosten van exploitatie en onder
houd in 1928 hoger waren dan verwacht, vooral door gebreken aan ven
tilatie en verwarming. Mede door de meevallende opbrengst van de con
tributie (het ledenaantal nam sterk toe) kon men het boekjaar 1928 toch
afsluiten met een overschot van ruim 9400 gulden.
De zeer strenge winter van 1928-1929 veroorzaakte zoveel schade aan
de bollen in de grond dat er een tekort was aan bollen voor de export.
Het zorgde voor de eerste grote dip in de uitvoer sinds de Eerste Wereld
oorlog (zie afb. op p. 79) en bracht veel verarming onder de telers. In het
begin van de jaren dertig sloeg de economische crisis toe. Men was met
de oprichting van het Krelagehuis uiteindelijk net op tijd geweest: een
paar jaar later zou het financieel veel moeilijker, zo niet onmogelijk zijn
geweest.
Afgezien van de Kersttentoonstellingen die de avb in 1929 en 1930 in
het Krelagehuis hield, was de eerste grote expositie in het gebouw een
zogenaamde winterbolbloemententoonstelling, gehouden van 11 tot 18
februari 1931. Koningin Wilhelmina en ruim 15.000 andere bezoekers
kwamen kijken. Men speelde met de gedachte in 1933 weer zo'n ten-
Overzicht van de beurszaal op een beursdag. (Uit: Het vijf en zeventigjarig
bestaan der Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur 1860-1935)
MAARTEN TIMMER