de deur had geklopt, niet gebeld. Dit is gebaseerd op de getuigenverkla
ring van Cor van der Reep. Bekenden van de familie zouden indien hij
afwezig was kloppen, zodat mevrouw Van der Reep wist dat er goed volk
voor de deur stond. Het Nationale Dagblad: 'Verdachte, die immers aan
den overkant woonde, schijnt deze gewoonte te hebben opgemerkt,
althans hij heeft deze gewoonte toegepast om toegang tot de woning te
verkrijgen.'38) Volgens deze verklaring zou Jan dus hebben kunnen weten
dat Cor van der Reep niet thuis was. Aan het door hem opgegeven doel
van zijn bezoek, een gesprek met de NSB-man, diende dan te worden
getwijfeld. Maar aan dat doel twijfelden noch Neumeyer in zijn proces -147-
verbaal noch Seiler in zijn aanklacht. Blijkbaar is het ter zitting toch aan
de orde gekomen, waarschijnlijk in de getuigenverklaring van Van der
Reep.39'
Na de oorlog verklaarde mr. De Brauw: 'Ik ben er zelf altijd van over
tuigd geweest, dat hier van de kant van de nsb om wraak gevraagd was
en dat men bewust voor een Duits gerecht gedaagd heeft en ter dood ver
oordeeld.' In de pauze van het proces had hij contact met Staatsanwalt
dr. Seiler. Die vertelde hem dat hij op last van 'hogerhand' de sabotage-
verordening in het geding moest brengen. Seiler, die volgens De Brauw
niets moest hebben van de nsb, bevestigde diens vermoeden dat deze
beweging erachter zat. Na afloop van de zitting kreeg De Brauw met
moeite inzage in het vonnis. Hij mocht er geen aantekeningen van
maken. Buiten gekomen schreef hij snel uit zijn hoofd de belangrijkste
zaken op. Daaruit las hij voor: 'Zwart, Kreisleiter, vraagt maatregelen
wegens anti-geest' en 'Wordt de dader niet gestraft dan denkt men, dat je
de NSB'ers alles maar kunt aandoen. Niemand zou meer lid worden en
zich van politiek onthouden'.40'
De executie
Op 14 januari sprak Jans zuster nog een keer met advocaat De Brauw. Die
probeerde het vonnis via een gratieverzoek aan Seyss-Inquart omgezet te
krijgen in een tuchthuisstraf. Maar hij leek daar zelf niet in te geloven.
Wel kon De Brauw het gedaan krijgen dat moeder en zuster de volgende
dag Jan konden bezoeken in de gevangenis, het zogenaamde 'Oranje
hotel' in Scheveningen. Bij dat bezoek bleek Jan nog vol goede moed en
dacht dat de executie nog wel op zich zou laten wachten.
Via kapelaan Theo Drost van de katholieke kerk in Overveen was
geregeld dat Jan bijstand kreeg van een biechtvader. Op 22 januari heeft
deze waarschijnlijk de kapelaan ingelicht. Die bezocht de familie op een
ongebruikelijk tijdstip, tijdens het middageten. Hij moest de familie
JAAP VOGEL