familievermogen, dat bij een boedelscheiding in 1809 op ongeveer twee miljoen gulden geschat kon worden. Zij overleed te Zaandam op 12 april 1835 en op 12 februari 1836 heeft ten overstaan van notaris Van Goor Hinloopen de boedelscheiding plaats. Daarbij worden aan de oudste zoon Gerrit Visser, die het vaderlijk bedrijf, de houthandel en -zagerij, had waargenomen, de zaagmolens toegedeeld, alsmede de huizen en tui nen te Zaandam. Hij zou zich later als Gerrit Visser van Hazerswoude vestigen te Heemstede op het buitenverblijf Westerhout. Vasterd Vas Visser werd eigenaar van een groot aantal oliemolens, diverse huizen en tuinen en stukken land te Wormerveer en, naast nog meer onroerend goed, een aantal boerderijen en stukken land in de Beemster. Hij was koopman en oliefabrikant ter firma Vas Comp., eerst in compagnie met zijn moeder Aaltje Vas, later voor eigen rekening. Op 1 mei 1830 werd hij benoemd tot gecommitteerde van het Brand- assurantiecontract van oliemolens en der olieslagerij, tevens was hij hoofdingeland van de Beemster. Daarnaast was hij ook geïnteresseerd in de papierfabricatie, die afkomstig was van de familie van zijn grootmoe der Guurtje Dirks Blaauw. Hij was papierfabrikeur met de molens De Hendrik Jan Krieger Schumer -1864). Staalgravure door J.P. Lange naar H.W. Couwenburg. (Iconografisch Bureau) Haerlem Jaarboek 2006

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Jaarverslagen en Jaarboeken Vereniging Haerlem | 2006 | | pagina 46